II
Van de afzonderlijken - van hen dus, die geen postzegels werden - zijn zij, die op hun doortocht mijn leven aandeden en nog wel aandoen, uiteraard toch wel meerendeels dichters of kunstenaars.
Ongeacht wat zij voortbrengen, tegenwoordig niet zelden in weerwil daarvan, zijn het nagenoeg de eenige medemenschen, die mij het leven voor zoover zich dat binnen de wereld (geestelijk gesproken: aan de vaste wal) afspeelt, tot een verhaal maken, dat mij boeit, al doet het dat nog niet eens zoozeer door hoe of wat deze menschen zijn, want ik heb wel eens een bankier (of was het een winkelier?) ontmoet, die op het punt van afzonderlijkheid, van eigen contour, voor geen dichter opzij behoefde te gaan. Wat echter in hun kring dat verhaal van het leven boeiend maakt, komt van ver buitenaf, maar hangt toch met hun aanwezigheid samen: het wordt er mogelijk door; het wordt er, als het ware, door opgeroepen. Want waar zij zijn, zelfs al is dat midden in het labyrinth der straten, komt het leven van ver buitengaats soms ineens hoorbaar door, als ‘het aangaan van de zee’, zooals men in de kustdorpen zegt. - Door hen kan de wereld, zelfs de despotische wereld van nu, met eenmaal weer een eiland blijken.
Wie het leven zoo, al is het nog zoo kort, van uit die verte aan hoort gaan, bekommert zich minder of althans op een andere wijze om de wereld en zijn gedwongen oponthoud erbinnen.
Als ik, door alles heen, het leven onvoorwaardelijk aan bleef hangen, dan was dat - en zoo bleef het - omdat in het alleenzijn met mijzelf niet zelden van ver voorbij de stilte van de kust dat geluid als een droomzwaar tumult tot mij doorkomt. Evenwel, dat er menschen zijn, medeingezetenen toch ook van deze gewelddadige wereld, met wie men maar aan hoeft te schuiven om het vuur met volle glazen om met eenmaal dat gevoel te krijgen, dat die wereld van oudsher niet meer is dan een eiland, hoe onherbergzamer hoe vergankelijker - dat is, behalve een wonder, een altijd weer verwonderlijk genot. Want zoo hoort men, en als op slag, het leven dan eindelijk toch weer als een van die stille of