De Gids. Jaargang 121(1958)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 274] [p. 274] A. Marja Even aan wie het begrijpen Soms waren we dronken, we baden als dolle monniken maar zonder woorden. We dansten ons ontkledend door alle kamers, het vlees bevend ja bevend in de wind van de geest: beelden reeds te oud toen bijbelschrijvers ze vonden. Vlees is leven en geest is leven, het trilt zo verrukkelijk vreselijk in het gekromde, dat ook dieren ervaren? Huid zijn en zonnen, huppelen achter de eigen staart aan, heeft het te maken met diplomaten ambitie broodroof en de leugens van het volwassen akteren? Blinken van liefde kunnen we stinken van angst, elk kind dat komt moet het leren of er voorgoed van gespeend zijn. En of het hier staat of elders geschreven, wat geeft het als wij tasten en tasten en tasten tot het even eeuwig gelukt - Vorige Volgende