Aan dit nummer werkten o.m. mede:
bert van aerschot. Geb. 1917. Is o.a. werkzaam als journalist. Was mede-redacteur van ‘Vandaag’. Publiceerde de prozawerken Ik leefde gisteren (1952) en Bittere wijn (1954).
hugo claus. Geb. 1929. Woont te Gent. Publiceerde o.m. de dichtbundels Tancredo Infrasonic (1951), Een Huis dat tussen Nacht en Morgen staat (1953), De Oostakkerse Gedichten (1955). Romans: De Metsiers (1950), De Hondsdagen (1953), De Koele Minnaar (1956). Toneel: Een Bruid in de Morgen (1955). Redacteur ‘Tijd en Mens’ en ‘Nieuw Vlaams Tijdschrift’.
marcel coole. Geb. 1913. Hoofd lit. en dram. uitzendingen Belgische Nat. Radio-omroep. Redacteur ‘Nieuw Vlaams Tijdschrift’. Publiceerde o.m. de dichtbundels Het gevecht met het hart, Eurudike (1946) en In de klem der tederheid (1951) en een viertal toneelstukken, o.a. Laat de doden slapen en Kid Cycloon (1955).
maurice gilliams. Geb. 1900. Proza: o.a. Elias of het Gevecht met de Nachtegalen (1936), Winter te Antwerpen (1953). Poëzie: o.a. Het verleden van Columbus (1933), Het Werk der Leerjaren (1947). Essays: o.a. Een bezoek aan het Prinsengraf (over Paul van Ostaijen - 1952). Van zijn verzamelde werken, die hij publiceert onder de titel Vita Brevis, zijn in 1956 twee delen verschenen.
marnix gijsen (ps. van prof. dr. J.A. Goris). Geb. 1899. Woont sinds 1939 in New York, waar hij dir. is van de Belgische Voorlichtingsdienst. Geeft aan de univ. van New York colleges in cultuurgeschiedenis en staathuishoudkunde van de Beneluxlanden. Publiceerde verscheidene bundels essays, literair-historische studies en reisverhalen. Van zijn tien romans verscheen Er gebeurt nooit iets in De Gids (1954). Zijn poëzie verzamelde hij onder de titel Het huis (uitgebr. herdruk 1947). Dit voorjaar verschijnt: Terwille van Leentje (roman).
franz hellens (ps. van dr. Frédéric van Ermenghem). Geb. 1881. Studeerde rechten aan de universiteit van Gent. Was jarenlang bibliothecaris van de parlementsbibliotheek te Brussel. Leidde o.m. de tijdschriften ‘Signaux’, ‘Le Disque Vert’ en ‘Cahiers du Nord’. Voornaamste werken: Les Hors-le-Vent (1909), Mélusine (1920), Les Filles du Désir (1930), Naître et Mourir (1946), Moreldieu (1948).
hubert van herreweghen. Geb. 1920. Commentator Belgische Nat. Radio omroep. Redacteur ‘Dietsche Warande en Belfort’, lit. chroniqueur dagblad ‘De Nieuwe Gids’. Publiceerde o.a. de dichtbundels Het Jaar der Gedachtenis (1943), Liedjes van de Liefde en de Dood (1949), Gedichten (1953).
karel jonckheere. Geb. 1906. Lit. adviseur ministerie van Openbaar Onderwijs. Maakte vele reizen o.a. naar Mexico, IJsland, Kongo, Zuid-Afrika. Redacteur ‘Nieuw Vlaams Tijdschrift’, ‘Critisch Bulletin’ en ‘Standpunte’. Publiceerde o.a. de dichtbundels Conchita (1939), Spiegel der Zee (1947), De Hondenwacht (1951), vele bundels reisverhalen en essays. In 1956 verschenen zijn Verzamelde Gedichten.
paul snoek (ps. van E.A.C. Schietekat). Geb. 1933. Woont te Gent, waar hij rechten en criminologie studeert. Redacteur van ‘Gard-Sivik’. Publiceerde de dichtbundels Archipel (1954), Noodbrug (1955), Aardrijkskunde (1956), Tussen Vel en Vlees (1956).