De Gids. Jaargang 119(1956)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 18] [p. 18] J. Greshoff De tweede kans De stilte heeft tenslotte 't pleit gewonnen Nu is misschien 't millennium begonnen Het Woord dat zich oorspronkelijk heeft vergist Werd door het laatste wonder uitgewist Opeens heeft op een glasgeworden aarde Geen volzin kracht en geen muziek meer waarde Wat onbereikbaar was ligt voor de hand De grond is vloeibaar en het water land Het ongerijmde werd een zekerheid Die mijn heelal oneindig heeft verwijd De tijd werd opgelost van uur tot eeuw: Ik denk nu rozen en ik spreek slechts sneeuw. Mijn wezen heeft zijn harde vorm verloren En ik ben eindelijk niet meer geboren Dit bitter feit werd ongedaan gemaakt Doordat ik schuw mijn ster heb aangeraakt Wanneer ik dan als een moe kind ga slapen Wordt alles om mij door de Slaap herschapen Zodat ik in een nieuwe logica Ontwaak en onbevangen wandlen ga. Een nieuwe lente en een nieuw geluid? Veeleer het tegendeel: het spel heeft uit. [pagina 19] [p. 19] Ik wàs. Maar nog onwennig en bedeesd Ben ik, verhoogd in rang en stand, gewéést. De tijden van het werkwoord zijn vervallen En daarmede al mijn dagen en getallen. Voor mij alleen nog, boven schaamte en schijn, Blijft open de onvervoegde staat van Zijn. Vorige Volgende