Gerard den Brabander
Nu er geen schoot meer is...
Nu er geen schoot meer is waarnaar ik werf
en zelfs de roemers wijn mijn mond ontwijken,
is er geen lust meer die mij doet bezwijken:
Mij rest alleen dat ik al zingend sterf.
Ik, hond...
Me dunkt ik móet haar ruiken
tussen de lui en loom geworden buiken
die vadsig hangen om het Plein.
Lief, 't is in kannen en kruiken.
Uit de bundel ‘Niets Nieuws’ die in 1956 zal verschijnen bij A.J.G. Strengholt's Uitgeversmij. N.V. te Amsterdam.