De Gids. Jaargang 117(1954)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 426] [p. 426] Harriet Laurey Soms heeft je mond... Soms heeft je mond een dunne droefheid aan, en van je ogen laat de glimlach los, en ik weet niet waarheen of waarvandaan. Het is de schaduw, die is blijven staan, de schaduw maar, denk ik, van het verdriet, dat door ons heen ten onder is gegaan. Dan moet je haastig in mijn armen komen en adem halen aan de morgenbron waar jij voorgoed mijn levensloop begon, en met het licht mee door mijn wezen stromen en voor die overvloed een uitweg vinden, staande als licht tegen mijn grenzen aan, golven van licht om overboord te slaan en, ons voorbij, schaduwloos veld te winnen. Vorige Volgende