De Gids. Jaargang 117(1954)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 255] [p. 255] Willem Brandt Indischman Wij gevoelen ons nimmermeer thuis. Wie zijn huid in de zon heeft versleten en de bloem uit zijn bloed weet gebeten raakt verstikt in een bakstenen kluis. In de grijns van de blonde cipier, van de melkboer, de bloedrode slager, achtervolgt hem een vreemde belager; en hijzelf het exotische dier. Soms weemoedigt ons iemand begaan: waarom ben je daarginds niet gebleven. Maar daarginds was het weer om het even: om maar liever naar Holland te gaan. Vele havens en nergens is land. Want ik weet, waar ik zou embarkeren, dat het heimwee om weder te keren mij vervolgt als de wind in het want. Vorige Volgende