vrouwelijke franse minister. Een stuk van onze tijd, met tekortkomingen, maar ook met vele kwaliteiten.
De Haagsche Comedie gaf een avond ter ere van Couperus, waarbij Willy Haak, Jan Retèl, Fie Carelsen, Albert Vogel en Paul Steenbergen ververschillende korte vertellingen van onze grote schrijver voordroegen. Daarna zagen wij het laatste bedrijf van het door Mevrouw Couperus voor toneel bewerkte drama Eline Vere. Heleen Pimentel gaf van deze fragiele pathologische figuur een prachtige uitbeelding. De enkele personen die in het laatst van haar leven nog om haar heen staan, kan zij niet meer verdragen, zelfs niet de moederlijke mevrouw van Raat. In dit bedrijf zien wij de eenzaamheid, de tragische onontkoombaarheid van de dood voor dit hulpeloze figuurtje. Met sobere middelen wist Heleen Pimentel diep te ontroeren, het telkens door kuchen afgebroken zingen, het heen en weer dwalen door de kamer, de angst, de rusteloosheid en ten slotte de half wel, half niet gewilde dood. Een buitengewone creatie, die ons aan Else Mauhs herinnerde, en die onvergetelijke indruk maakte.
Rika Hopper heeft, nu zij 75 jaar is geworden, in het Spaanse stuk van Casona De Ander getoond, over welk een onvermoeibare vitaliteit zij nog steeds beschikt en welk een ras-actrice zij is. Als zij, de grootmoeder, haar kleinzoon met zijn vrouw uit Canada terug ziet keren na een afwezigheid van twintig jaar, ontplooit zij een stralende kracht tot leven en gelukkig zijn, die de zaal tot ovaties bracht. Gesecundeerd door Guus Hermus, Enny Meunier, Elsensohn en Steye van Brandenburg vierde zij een alleszins verdiende triomf.
Het wereldberoemde stuk van Pirandello: ‘Hendrik IV’ werd door Rotterdams Toneel in een meesterlijke voorstelling gebracht. Was dit voor een deel te danken aan de Franse regisseur André Barsacq, die tot in elk detail deed beseffen, wat artistieke en intelligente regie uit een gezelschap tevoorschijn kan brengen, toch was het alles overtreffend succes der voorstelling op rekening te schrijven van Ko van Dijk.
Deze nog jonge acteur, die reeds in verscheiden stukken blijk gaf van zijn krachtig en gevarieerd talent (Othello, De Mirakelridder), is met de vertolking van Hendrik IV plotseling gestegen tot een hoogte van toneelspelen, die in ons land een unicum genoemd moet worden. De even tragische als fascinerende figuur van de jonge man, die in een historische optocht Hendrik IV voorstelt en gevaarlijk van zijn paard komt te vallen, tengevolge waarvan hij verder leeft in de waan, dat hij keizer Hendrik IV is, werd door Pirandello getekend met een diepzinnige psychologie,