dan vond dit geenen weerklank bij de machthebbers van toen, en berokkende dit ons het verlies der afwezigheid van den facile princeps op bijna alle internationale bijeenkomsten.
Als reactie op het onheil van den wereldoorlog van 1914 beoogde de Volkenbond van 1919 eene nieuwe organisatie van het statenstelsel. De Bondsleden verplichtten zich tot zekere beperkingen van hun recht om oorlog te verklaren; de rechtsorganisatie van het statenstelsel vereischte volgens het grondverdrag van 1919 in de allereerste plaats vermindering der op zich zelf gevaar opleverende bewapeningen, vervolgens oplossing van geschillen door vreedzame middelen, tenslotte, indien door deze maatregelen het ordelijk voortleven der rechtsgemeenschap toch bleek niet te kunnen worden gehandhaafd ten gevolge van eenigerlei agressie, gemeenschappelijk optreden daartegen van alle andere bondsleden, desnoods militair, met den sterken arm. Het zich onzijdig houden was daarbij principieel uitgesloten. Deze trias van Genève: désarmement, arbitrage, sécurité, zij moest nader uitgewerkt worden. Maar daaraan heeft het, afgezien van de arbitrage, de vreedzame beslechting van geschillen, vrijwel geheel ontbroken. Het rechte vertrouwen, de wil om het grondverdrag van 1919 eene realiteit te doen worden, ontbrak. Aldus kon het reeds in 1922/3 voorkomen, dat toen de vijf groote overwinnaars met ons land in den Haag bijeenkwamen om eenige ter Washingtonsche ontwapeningsconferentie opengelaten materies te regelen, zij begonnen met van onzijdigheid niet meer te willen weten, maar eindigden met haar te erkennen. En toen vier der grooten amok hadden gemaakt, en het volkenbondsprogramma, dat de sécurité beoogde te waarborgen, vrijwel onuitgevoerd was gebleven, meende ook ons land zich niet langer te kunnen gebonden achten tot de verplichting tegen agresseurs gemeenschappelijk op te treden, met het gevolg dat toen de serie agressies der dertiger jaren zich ten slotte ontlaadde in eenen tweeden wereldoorlog, onzijdigheid vanzelfsprekend werd geacht. Het statenstelsel was tekortgeschoten in het verwezenlijken van zijne eigen idealen.
De zeven jaren, die ons scheiden van Duitschlands capitulatie, kenmerken zich door groot gemis aan stabiliteit en sécurité. Het einde daarvan is nog niet te voorzien. Ook ons land bevindt zich in voortdurenden maalstroom.
Het begon oogenschijnlijk goed. Reeds vòòr Duitschlands capitulatie stond vast, dat er een nieuwe Volkenbond zou komen. Hij zou beter aan het groote doel der wereld, de Sécurité, beantwoorden dan de Volkenbond van 1919, die juist op dit hoofdpunt gefaald had.