De Gids. Jaargang 113(1950)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 431] [p. 431] C. Buddingh' Eilanden in de tijd... Eilanden in de tijd, waar de mens rust en Vrede kon vinden, waar de storm der eeuwen Dof grommend aan voorbijging, slechts de meeuwen Der eindigheid weeklaagden langs de kusten, Maar men in 't land, beschut als wingerdranken, Als zwanen onbekommerd op de vijver Der rimpelloze jaren rond kon drijven, En nestlen in de veilige oeverbanken: Waar bleef uw paradijs? Is het verzonken, Verstoord en overspoeld door de stortzeeën Der ondergang, voorgoed en reddeloos? Of is uw rijk slechts tijdelijk verdronken, En rijzen eens uit d'oceaan van wee en Verdwazing weer uw windstille plateaux? [pagina 432] [p. 432] c. buddingh' Steeds zwermen... Steeds zwermen de trekvogels van mijn dromen Uit naar de gouden tropen van het leven: Ik zie ze door d'azuren hemel zweven, En baden in de zonbeslagen stromen, En boven weidse, eeuwiggroene landen Hun jubelende dansfiguren vormen, In luwe streken waar geen bitse stormen Hun veren weerloosheid aan kunnen randen. En in mijn hart blijven hun kale nesten Dor en verlaten als maankraters achter: Duizenden zwarte holten van gemis. Maar 't hindert niet, want 'k weet dat zij ten leste Weerkeren naar hun eenzaam vogelwachter: Als het weer lente in mijn leven is. Vorige Volgende