Het is goed, ons deze waarheden nog eens bewust te maken, om te beseffen, dat in geen der vier bovengenoemde blijspelen een belangrijk element van humor aanwezig is. Dit verklaart, dat de toeschouwer, moe van het lachen, naar huis keert met een leeg gevoel, en de overtuiging, bedot te zijn. Na de roes van het lachen volgt de kater, men is ‘so klug als wie zuvor’.
Terrence Rattigan is zo voorzichtig zijn stuk Korporaal Elizabeth (een m.i. ongelukkige vervanging van de Engelse titel ‘While the sun shines’) een comedie te noemen; dat is het ook. Een alleraardigst verhaal met gekke situaties, dat in de oorlog speelt en toont, hoe in die benarde jaren gejongleerd kon worden met de toen op de voorgrond tredende feiten van voedselschaarste, verduistering, en ook met de rivaliteit tussen de geallieerden. Een Engelse Lord, een heetgebakerde Fransman en een stevig op zijn benen staande Amerikaan ‘vechten’ om een meisje, dat ook de uniform draagt: Korporaal Elizabeth. Zij was al sergeant geweest, maar gedegradeerd ‘om niets bijzonders’. Zij had een map met geheime documenten zoek gemaakt, die notabene later zonder mankeren was teruggevonden!
Het vermakelijke van deze comedie schuilt in de kameraadschappelijke ruzies tussen de mannen, die om beurten erom dobbelen, wie zijn geluk bij Elizabeth mag proberen. Het zijn keurige kerels, die volkomen fair play geven, alles is zo tip-top-keurig, dat het bevel ‘Oplazeren’ aan de (in een Engels stuk onvermijdelijke) butler, naar behoren statig, een tikje vermoeid en trouw aan de familie, bijna verfrissend werkt.
Een amusant verzinsel, dat uitstekend in elkaar is gezet en met veel handigheid elke figuur het zijne geeft. Zowel de vertaling als de regie van Jan Teulings waren voortreffelijk. En stuk voor stuk gaven allen die meewerkten goed spel. De butler van Ludzer Eringa, de Lord van Rademakers, de volbloedige Amerikaan van Teulings, de Fransman van Bob Verstraete en de oude hertog van Jules Verstraete. Mimi Boesnach als het goede vriendinnetje van de Engelsman won het in hartelijke eenvoud van Ellen Vogel, die als Korporaal Elizabeth wat stijfjes en prenterig aandeed.
Het Bakersprookje van Ronald Jeans heeft niet veel inhoud, maar dat hoeft ook niet, want het gehele stuk draait om de figuur van Sabina Pennant, de charmant-onhandige actrice, die haar beroep vaarwel heeft gezegd bij haar huwelijk. Het is een rol, die Mary Dresselhuys op het lijf is geschreven en zij is het, die het stuk draagt met de vitaliteit van haar