De Gids. Jaargang 104(1940)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 274] [p. 274] Jongenskamer Voor Hayo Toen ik te gast was bij mijn vriend, zijn vader, Keek hij mij stil en zeer aandachtig aan, En luistrend kwam hij mij onzegbaar nader Alsof hij heel lang naast mij had gestaan - De groote menschen praatten rustig verder, Bijna eerbiedig zweeg de jonge zoon.... Hij zamelde onze woorden als een herder, Een kleine herdersjongen, blond en schoon - Maar in een pauze van bevriend begrijpen Waagde hij snel zijn wonderlijke vraag, Die wellicht lang in hem had moeten rijpen: Of ik zijn kamertje wou zien vandaag! Hij ging mij voor de trappen op - een page - Toen stond hij plechtig bij een open deur En ik zag snel zijn dierbare bagage, (Er hing een zuivre kinderlijke geur): De boeken van Jules Verne, vliegen, varen, Bizondre schelpen en een kostbre steen - Hoe joegen ver terug mijn eigen jaren, Toen was ik rijk als hij - hoe lang gelêen.... Ik stond te staren enkele seconden En hij, een heerscher in zijn klein domein, Vermocht zijn vaders vriend niet te doorgronden Maar vroeg zijn aandacht en verjoeg een pijn.... Dat smalle bed, de bonte plaat daarboven, Het was mij vreemd maar eigenlijk bekend - Moest ik den jongen of mijn jeugd gelooven, Nu ook in hem de tijd ontwaakt, die schendt.... L. Ali Cohen Vorige Volgende