De Gids. Jaargang 103(1939)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 39] [p. 39] Hoogtezon Er valt een deur dicht en de non, de kleine non met het devoot gebaar, zij regelt nog wat aan de hoogtezon, wendt zich dan af en ademt zwaar. ‘Ze zeggen, 't is zulk heerlijk weer, net zomer nog....’ Het lijkt een zucht, maar 't is een schreeuw met telkens meer echo's, waar mijn hart voor vlucht in wanhoop, want hoe vind ik 't woord dat met dit ultra-violet verzoent haar, wie verboden pracht bekoort, aarde in herfst, waar nog de zomer groent. Mijn vleugje ‘Narcisse Bleu’ stijgt tot een wolk van lentebloemengeur, 't beloofde land vol zon, o God, flitst langs de open hartedeur. En o, of alles samenspant, nu ik de zomer loochnen moet, vlamt schuldig aan den witten wand en rood als bloed, mijn zomerhoed. Sept. 1938 Agatha Seger Vorige Volgende