Berlijn, ook eene spil Parijs - Praag willen behouden. Duitschland en Italië zullen er niet aan willen. Schuschnigg (die te Venetië met Mussolini confereerde) heeft verklaard, dat Oostenrijk de Habsburgers vooralsnog niet terug zal roepen, maar geen afstand zal doen van zijn recht, het nog eens ooit wèl te doen.
Goering had (27 April) langdurige besprekingen met Mussolini en Ciano; zij hebben gediend ter inleiding van het bezoek, dat von Neurath voornemens was aan Rome te brengen ter beantwoording van Ciano's bezoek te Berlijn.
Met Italië's steun heeft Duitschland zich uit zijn isolement weten weg te werken en diplomatiek zijn rang van groote mogendheid heroverd. De spil Berlijn - Rome is gaan werken als een magneet. Oostenrijk, Hongarije, Zuidslavië, zelfs Roemenië misschien, zijn er door aangetrokken; - althans, Roemenië wil er zich voor hoeden (evenals Polen), tot de vijanden der Duitsch-Italiaansche coalitie te gaan behooren. Opmerkelijk is, dat al deze staten een min of meer autoritair stelsel hebben, beducht zijn voor communistische invloeden, en de democratie beschouwen als een gevaar. Slechts één staat in Midden-Europa heeft zich van die aantrekking vrijgehouden: Tsjechoslawakije, dat niet alleen ideologisch van de buren verschilt, maar hen ook politiek naar het leven staat, tenminste ettelijke van hen. Polen maakt aanspraak op Teschen, Duitschland op de volksgenooten in Bohemen, terwijl Hongarije voor zijn revisionisme maar één uitweg weet. Tsjechoslowakije heeft hoop gekoesterd, via Oostenrijk, uit dit isolement te geraken, en Oostenrijk schijnt, ook na Venetië, nog altijd niet bereid, de rol, het door Duitschland en Italië toebedeeld, geheel uit te spelen.
Parijs ziet dit alles met zorg aan. Engeland schijnt langs economischen weg een politiek vergelijk te willen voorbereiden. Vandaar de groote beteekenis die men aan Eden's besprekingen met van Zeeland hecht.
Goering nam bij zijn terugkeer naar Berlijn de reis over Zuidslavië en bracht prins Paul en Stojadinowitsj op de hoogte van de te Rome gevoerde besprekingen. Tot dusver ontweek Zuidslavië allen aandrang tot politieke samenwerking die door verschillende mogendheden werd geoefend, om zich op het beslis-