Mevrouw Royaards, de andere ‘grande dame’ van ons tooneel en de laatste jaren zeer zeker ernstig miskend als karakterspeelster gaf hier een prachtige verzorgde rol, Ezerman als schmiereacteur vol pathos en hoogmoed, maar ook vol van de rijke en gulle haat en de losse goedhartigheid die het ware tooneelbloed kenmerkt, speelde voor wat hij is: een onzer eerste acteurs, en van Praag voegde aan zijn collectie Shakespeare-clowns een nieuw exemplaar toe.
Had men dat alles, met Ko van Dijk's bulderbassende doove oom onder groote regie gehad, aangevuld met goede bijrollen, in den waren stijl en het ware evenwicht....
O, Carthago's die vallen en twee nieuwe kolonies stichten; o twee dozijn Caesaren! En o, ondankbare critiek, die zich een verrassend rijk en boeiend stuk voorgezet ziet, en altijd meer wil, easy to please, and hard to satisfy! Waarmee ik dan hoop te zeggen dat velen deze Ostrowsky te zien moeten krijgen, omdat de ware tooneelliefhebber dat ‘easy and hard’ - N.B.! Een Shakespeare-citaat, mijne dames en heeren - van nature in hart en hoofd draagt, en het verlangen naar meer nog nooit schade gedaan heeft aan de bewondering voor het mindere. Ik memoreer in het kort dat wij in Jacques Snoek een nieuw decorontwerper van beteekenis hebben.
Tenslotte: ‘De drie Appelboomen’. Een milieu-stuk: Hamburger haven. Hamburg, Marseille, Rotterdam, Barcelona etcaetera; een havenstuk. Meer naturalistische schildering dan stuk; meer figuren dan rollen, meer begrip en inzicht in karakters van een kroegbaas, zijn dochter, een matroos, dan bouw van die karakters, spanning, compositie, tooneel. Novelles van deze Jens C. Nielsen hebben mij dieper getroffen.
Drie eerste acteurs: van Dalsum, Verstraete, Charlotte Köhler. Voor van Dalsum is het de laatste jaren opvallend hoeveel rustiger en vaster hij, die eens onze ongebondenste acteur was, zijn karakters is gaan spelen, zonder daarbij aan kracht te verliezen. In tegendeel: zijn menschen, thans ten voeten uit en beheerscht gespeeld, treffen veel dieper dan de onbeheerschte, zichzelf overspelende menschelijkheid, die hij vroeger zoo onstuimig in de vormen goot dat er geen gaaf beeld, maar slechts brokstukken uit te voorschijn kwamen. En zoo was er op deze première een merkwaardige tegenstelling: Charlotte Köhler, die zich overspeelde.