De Gids. Jaargang 95(1931)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 321] [p. 321] Legende Toen Druoon Antigoon dien dag weer tol wou heffen, op de arme visschersvloot, die naar de reede toog, geen een die er aan dacht zijn klachten te verheffen, want de armoede en de angst ze waren even hoog. Toen voer een klein wit zeil over de blijde baren, een zanger stond aan 't roer met een opstandig lied, hij kloeg het onrecht aan, de slavernij van jaren en wie te luisteren dierf, zijn hart beefde als een riet. Schoon was de heldenstrijd, die dan werd uitgestreden, de reus was een orkaan, de dwerg een zonnestraal, maar donder en vulkaan waren de vreugdekreten als Brabo Druoon's hand afkapte met zijn staal. De bloedige trofee neerzwaaide in de Schelde. Het dolbegeesterd volk bazuinde luid een naam. ‘Hantwerpen’ was gedoopt. Geslachten veel vertelden hoe deze stad gewon haar vrijheid en haar faam. A.W. Grauls Vorige Volgende