De Gids. Jaargang 92(1928)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 37] [p. 37] Zomer-einde. Het leven, d'oogen gesloten, gelaten Zwerft strak en zinnende buiten den tijd, Wat kunnen verlorene kreten baten, De nacht is somber en stil en wijd... Achter de droomen is immer gelegen, Achter de daden de blinkende dood, - Zwart en zwijgend staan langs de wegen De boomen, de wind woelt hun armen bloot, Zij werden de wachters voor duistre deuren, Werend de dringende ziel naar den tijd, Waar sterren de wolken wijd openscheuren Wil huiveren zij, verrukt en bevrijd! Er zingt een stem, hóóg, hóóg over de landen, De bladeren ritselen, ritselen aan... O wachters met uw gefolterde handen, Laat mij nog even den droom en den waan, O boomen met uw gemartelde hoofden, Die zwart-zwijgend mij van de verten scheidt, Zijt gij of ben ik de eeuwig beroofde, De donkere zoeker buiten den tijd? Miek Janssen. Vorige Volgende