De Gids. Jaargang 90
(1926)– [tijdschrift] Gids, De–
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe Gids. Jaargang 90. P.N. van Kampen & zoon, Amsterdam 1926
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van jaargang 90 van De Gids uit 1926.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
Deze jaargang bestaat uit vier delen die in vier banden zijn verschenen. In deze digitale versie is er één bestand van gemaakt.
redactionele ingrepen
Om aan te geven waar een nieuw deel begint is aan het begin van ieder deel een kop tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 3, p. 98: op deze pagina staan accolade's die meerdere regels overspannen. Omdat dergelijke accolades in deze digitale versie niet goed kunnen worden weergegeven, wordt op elke betreffende regel de accolade herhaald.
Deel 3, p. 344, noot 1): het nootnummer in de noot komt niet overeen met het nummer in de lopende tekst. De redactie heeft ook in de tekst ‘1)’ geplaatst.
Deel 3, p. 364, noot 1): het nootnummer in de noot komt niet overeen met het nummer in de lopende tekst. De redactie heeft ook in de tekst ‘1)’ geplaatst.
Deel 4, p. 144-146: de eindnoten zijn doorgevoerd in de lopende tekst. Pagina's 145 en 146 zijn daardoor komen te vervallen.
Deel 4, p. 144: de nootverwijzing bij noot 11) ontbrak in de lopende tekst. De redactie heeft deze onderaan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
Deel 4, p. 199: voetnoot 1) heeft abusievelijk voetnootnummer 2) gekregen aan de voet van de pagina, en voetnoot 2) voetnootnummer 3). In deze digitale editie is dat verbeterd.
Deel 4, p. 268: de ‘Rectificatie’ is doorgevoerd in de lopende tekst. De opgave ervan staat hieronder bij de weggelaten tekstgedeelten.
Deel 4, p. 327, 329: de eindnoten zijn doorgevoerd in de lopende tekst. Betreffende pagina's zijn daardoor komen te vervallen.
Deel 4, p. 355: de nootverwijzing bij noot 1) ontbrak in de lopende tekst. De redactie heeft deze alsnog geplaatst. Deze noot heeft in het origineel abusievelijk voetnootnummer 2) gekregen aan de voet van de pagina. In deze digitale editie is dat verbeterd.
Deel 4, p. 355: voetnoot 2) heeft zowel in de lopende tekst als aan de voet van de pagina abusievelijk voetnootnummer 1) gekregen. In deze digitale editie is dat verbeterd.
Deel 4, p. 355, noot 3): het nootnummer in de noot komt niet overeen met het nummer in de lopende tekst. De redactie heeft ook in de tekst ‘3)’ geplaatst.
Deel 4, p. 355: voetnoot 4) heeft aan de voet van de pagina abusievelijk voetnootnummer 1) gekregen en in de lopende tekst voetnootnummer 5). In deze digitale editie is dat verbeterd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1, p. II; deel 2, p. II, 154; deel 3, p. II; deel 4, p. II) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[Deel 1, pagina I]
DE GIDS
I.
[Deel 1, pagina III]
DE GIDS
NEGENTIGSTE JAARGANG
1926
ONDER REDACTIE VAN
D. VAN BLOM, H.T. COLENBRANDER, A. ROLAND HOLST, R.N. ROLAND HOLST, J. HUIZINGA, D. CRENA DE IONGH, JOHAN DE MEESTER, M. NIJHOFF en J.D. VAN DER WAALS JR.
EERSTE DEEL
AMSTERDAM
P.N. VAN KAMPEN & ZOON
1926
[Deel 1, pagina IV]
Meijer's Boek- en Handelsdrukkerij, Wormerveer.
[Deel 1, pagina V]
INHOUD
VAN HET EERSTE DEEL.
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Ameide (Th. van), Het raadsel van ons bestaan | 403 | |
| Beaufort (Mr. Dr. J.A.A.H. de), Vijftig jaren uit onze geschiedenis (1868-1918), VII, VIII | 225, 358 | |
| Blom (Mr. D. van), zie Colenbrander. | ||
| Boutens (Dr. P.C.), Oud-Perzische kwatrijnen | 167 | |
| Colenbrander (Dr. H.T.), W.G.C. Bijvanck | 1 | |
| -, De regeeringscrisis | 300 | |
| -, Gen. J.C.C. Tonnet, Mr. D. van Blom en Jhr. Mr. W.J.M. van Eysinga, Het internationale vraagstuk, voor studenten besproken ten tijde van de onderteekening der verdragen van Locarno | 3 | |
| Donker (Anthonie), Verzen | 339 | |
| Erens (Mr. Frans), Over Van Deyssel's ‘Een liefde’ | 119 | |
| Eysinga (Jhr. Mr. W.J.M. van), zie Colenbrander. | ||
| Ghijsen (Dr. H.C.M.), Anna Maria van Schurman, 1607-1678, I | 380 | |
| Huizinga (Dr. J.), zie Van Schelven. | ||
| Landheer (Jo), De gek | 342 | |
| Marsman (H.), Over ‘El Desdichado’ van Gérard de Nerval | 131 | |
| Nijhoff (Mr. M.), Peinzende over ‘Kleine Inez.’ | ||
| R. van Genderen Stort, Kleine Inez | 259 | |
| -, Dirk Coster, een criticus. | ||
| Dirk Coster, Verzameld proza, I | 413 | |
| Pauwels (Mr. François), Ilonka zingt | 341 | |
| Scheltema (Mr. F.G.), De dijkszorg in Nederland | 274 | |
| Schelven (Dr. A.A. van), Hooger Onderwijs-kwesties, met naschrift door Dr. J. Huizinga | 242 | |
| Scylp (A.), Gedichten | 115 | |
[Deel 1, pagina VI]
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Stuart (Dr. C.A. Verrijn), zie Verrijn Stuart. | ||
| Tonnet (Gen. J.C.C.), zie Colenbrander. | ||
| Verrijn Stuart (Dr. C.A.), Het beginsel der geldende maatschappelijke ordening | 201 | |
| Vlugt (Mr. W. van der), Rudolf Stammler, 19 Februari 1856-19 Februari 1926 | 173 | |
| Wit (Augusta de), De avonturen van den muzikant aan het water, I, II, III | 61, 139, 311 | |
| Wolterbeek (Ir. C.), Inzake overheidsbemoeiing | 344 | |
| Wijk (Dr. N. van), Herinnering aan W.G.C. Bijvanck | 250 | |
| Zeldenthuis (Jan J.), Liedje | 343 | |
| Bibliographie. | ||
| Dr. Gregor Krause, Borneo. Heft I-III. - H. Kröller-Müller, Beschouwingen over problemen in de ontwikkeling der moderne kunst | 136 | |
| B.H. Rethmeier, Einstein's relativiteits-beginsel. - H. Roland Holst-van der Schalk, Communisme en moraal. - Marnix Gijsen, Het huis, verzen. - H. van Elro, Madonna in tenebris. - Jan van Nijlen, De lokstem en andere gedichten | 303 | |
| Herman Teirlinck, De wonderlijke Mei. - Lode Baekelmans, De mannen van ‘Elck wat wils.’ - André Maurois, Ariel ou la vie de Shelley | 425 | |
[Deel 2, pagina I]
DE GIDS
II.
[Deel 2, pagina III]
DE GIDS
NEGENTIGSTE JAARGANG
1926
ONDER REDACTIE VAN
D. VAN BLOM, H.T. COLENBRANDER, A. ROLAND HOLST, R.N. ROLAND HOLST, J. HUIZINGA, D. CRENA DE IONGH, JOHAN DE MEESTER, M. NIJHOFF en J.D. VAN DER WAALS JR.
TWEEDE DEEL
AMSTERDAM
P.N. VAN KAMPEN & ZOON
1926
[Deel 2, pagina IV]
Meijer's Boek- en Handelsdrukkerij, Wormerveer.
[Deel 2, pagina V]
INHOUD
VAN HET TWEEDE DEEL.
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Beaufort (Mr. Dr. J.A.A.H. de), Vijftig jaren uit onze geschiedenis (1868-1918), IX | 57 | |
| Beversluis (Martien), De harmonicaspeler | 344 | |
| Blom (Mr. D. van), Inzake overheidsbemoeiing | 129 | |
| Buning (J.W.F. Werumeus), zie Werumeus Buning. | ||
| Donker (Anthonie), Verzen | 342 | |
| Doolaard (A. den), De verliefden | 346 | |
| François (Mr. J.P.A.), Na den slag | 287 | |
| Geuns (J.J. van), Kleine legenden | 339 | |
| Geyl (Dr. P.), Hedendaagsche beschouwingen over het Vereenigd Koninkrijk van Willem I | 79 | |
| -, Moderne historische apologetiek in Engeland, I | 421 | |
| Ghijsen (Dr. H.C.M.), Anna Maria van Schurman, 1607-1678, Slot | 105 | |
| Jolles (Dr. André), Kunsthistorische methoden. | ||
| Dr. J. Prinsen J. Lz., De roman in de 18e eeuw in West-Europa | 277 | |
| Kramer (W.), Het proza van Jac. van Looy | 379 | |
| Merens (D.), Eenheid in de weermacht | 246 | |
| Naeff (Top), Welkom! | 200 | |
| Nyevelt (S.I. Baronesse van Zuylen van), zie Zuylen van Nyevelt. | ||
| Plate (Ir. A), Werkloosheid en welvaart | 352 | |
| Raptschinsky (Dr. Boris), Een nieuwe strooming onder de Russische uitgewekenen | 297 | |
| Reitsma (Elisabeth), Verzen | 198 | |
| Roosenburg (P.), De breuk | 347 | |
| Seger (Agatha), Verzen | 52 | |
[Deel 2, pagina VI]
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Swarth (Hélène), Vrouwen | 42 | |
| -, Jonge weduwe | 45 | |
| Vollenhoven (Mr. C. van), Het geval met den Volkenbond | 155 | |
| Waals Jr. (Dr. J.D. van der), In memoriam H. Kamerlingh Onnes | 140 | |
| Werumeus Buning (J.W.F.), Strofen | 195 | |
| Wit (Augusta de), De avonturen van den muzikant aan het water, IV, V, VI | 1, 165, 311 | |
| Zuidema (A.W.C.), Oldenbarnevelt als treurspelheld | 400 | |
| Zuylen van Nyevelt (S.I. Baronesse van), Engeland in het ‘Victoriaansche’ tijdperk | 221 | |
| Aanteekeningen en Opmerkingen. | ||
| De rol van Goesti Gdé Djilantik tijdens de Lombokexpeditie, door J.C. van Eerde | 303 | |
| Bibliographie. | ||
| Karel van den Oever, De heilige berg. Verzen. - Felix Timmermans, Naar waar de appelsienen groeien. - Firmin van Hecke, Gedichten. - Arthur Schnitzler, Fräulein Else | 148 | |
| Dr. I.J. Brugmans, De arbeidende klasse in Nederland in de 19e eeuw (1813-1870). - Frans Vermeulen, Handboek tot de geschiedenis der Nederlandsche bouwkunst, afl. 1-3. - Dr. G. Schamelhout, De volkeren van Europa en de strijd der nationaliteiten, I. - Joris Vriamont, Sebbedee | 306 | |
| Dr. S. Zwanenburg, Inleiding tot de psychologie. - Joris Eeckhout, Karel van de Woestijne. - Karel van de Woestijne, Het zatte hart. - G.K. Chesterton, Saint François d'Assise, traduit de l'anglais par Isabelle Rivière | 439 | |
[Deel 3, pagina I]
DE GIDS
III.
[Deel 3, pagina III]
DE GIDS
NEGENTIGSTE JAARGANG
1926
ONDER REDACTIE VAN
D. VAN BLOM, H.T. COLENBRANDER, A. ROLAND HOLST, R.N. ROLAND HOLST, J. HUIZINGA, D. CRENA DE IONGH, JOHAN DE MEESTER, M. NIJHOFF en J.D. VAN DER WAALS JR.
DERDE DEEL
AMSTERDAM
P.N. VAN KAMPEN & ZOON
1926
[Deel 3, pagina IV]
Meijer's Boek- en Handelsdrukkerij, Wormerveer.
[Deel 3, pagina V]
INHOUD
VAN HET DERDE DEEL
| Bladz. | ||
| Beaufort (Mr. Dr. J.A.A.H. de), Vijftig jaren uit onze geschiedenis (1868-1918), X, XI | 211, 373 | |
| Buning (J.W.F. Werumeus), zie Werumeus Buning. | ||
| Cohen Stuart (Mr. A.B.), Parlementarisme en fascisme | 343 | |
| Colenbrander (Dr. H.T.), Nogmaals het Nederlandsch-Belgisch Verdrag | 239 | |
| -, Het Vlaamsch probleem. | ||
| Mr. R. van Genechten, Wat willen de Vlamingen? - Mr. R. van Genechten, De slechte oneindigheid van het Vlaamsch Belgicisme | 265 | |
| -, Over een proefschrift. | ||
| Mr. N.J.C.M. Kappeyne van de Copello, Vertegenwoordigend stelsel | 276 | |
| -, Een boek over hedendaagsch Zuid-Afrika. | ||
| W.H. Dawson, South Africa. People, places and problems | 414 | |
| Donker (Anthonie), Gedichten | 332 | |
| Eerde (J.C. van), Dr. J.W. IJzerman, aetat. LXXV | 402 | |
| Geyl (Dr. P.), Moderne historische apologetiek in Engeland, Slot | 44 | |
| Hammacher (A.M.), Romantische spiegelingen | 109 | |
| Holst (A. Roland), zie Roland Holst. | ||
| Hopman (Frits), De schoonheids-bacil | 180 | |
| Kannegieter (J.Z.), Nieuws over Coenraad van Beuningen | 190 | |
[Deel 3, pagina VI]
| Bladz. | ||
| Keuls (Mr. H.W.J.M.), Kwatrijnen | 173 | |
| -, Gedichten | 329 | |
| Landheer (Jo), Weerzien | 43 | |
| Leonhard (H.), Verzen | 174 | |
| Martin (Dr. W.), Jan Steen | 122 | |
| Meester (J. de), Een dag in den herfst | 334 | |
| Nijhoff (Mr. M.), Tijl op tooneel | 130 | |
| -, De pen op papier | 423 | |
| Pijper (Willem), Alphons Diepenbrock, Nederlandsch componist (2 Sept. 1862-5 April 1921) | 93 | |
| Roelants (Maurice), Komen en gaan, I, II, | 145, 295 | |
| Roland Holst (A), Richard III, treurspel van William Shakespeare. Tweede bedrijf, vertaald | 315 | |
| Schmid (Jhr. L.M.A. von), Een inleiding tot het marine-probleem | 64 | |
| Seger (Agatha), Verzen | 176 | |
| Shakespeare (William), zie Roland Holst. | ||
| Stuart (Mr. A.B. Cohen), zie Cohen Stuart. | ||
| Vries (Theun de), Verzen | 178 | |
| Werumeus Buning (J.W.F.), Twee gedichten | 38 | |
| Wit (Augusta de), De avonturen van den muzikant aan het water, Slot | 1 | |
| Aanteekeningen en Opmerkingen. | ||
| Antwoord aan ‘Insider’, door Dr. H.T. Colenbrander | 285 | |
| Overvraagd, door v.B. | 441 | |
| Bibliographie. | ||
| Top Naeff, Voorbijgangers. - Victor de Meyere, De roode schavak. - Julien Tiersot, Lettres de musiciens, écrites en français, du XVe au XXe siècle. Première série, de 1480 à 1830. - Blaise Cendrars, Moravagine. - Joseph Delteil, Jeanne d'Arc | 137 | |
| Victor J. Brunclair, De dwaze rondschouw. - Victor de Meyere, De Vlaamsche vertelselschat. - M.K., De geest in Limburg. - R. Murris, La Hollande et les Hollandais au XVIIe et au XVIIIe siècles vus par des Français. - G. Angoulvant, Les Indes Néerlandaises. - The Europa Year Book, 1926 | 287 | |
| A.M. de Jong, Merijntje Gijzen's jeugd. I. Het verraad. II. Flierefluiters' oponthoud | 444 | |
[Deel 4, pagina I]
DE GIDS
IV.
[Deel 4, pagina III]
DE GIDS
NEGENTIGSTE JAARGANG
1926
ONDER REDACTIE VAN
D. VAN BLOM, H.T. COLENBRANDER, A. ROLAND HOLST R.N. ROLAND HOLST, J. HUIZINGA, D. CRENA DE IONGH JOHAN DE MEESTER, M. NIJHOFF en J.D. VAN DER WAALS JR
VIERDE DEEL
AMSTERDAM
P.N. VAN KAMPEN & ZOON
1926
[Deel 4, pagina IV]
Meijer's Boek- en Handelsdrukkerij, Wormerveer.
[Deel 4, pagina V]
INHOUD
VAN HET VIERDE DEEL
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Beaufort (Mr. Dr. J.A.A.H. de), Vijftig jaren uit onze geschiedenis (1868-1918), XII | 47 | |
| Bierens de Haan (Mr. J.), De wetenschap der ekonomie en de filosofie der Aufklärung, I, Slot | 186, 286 | |
| Boer (Dr. C. de), Girolamo Savonarola | 247 | |
| Genderen Stort (R. van), Sprokkelingen | 269 | |
| Greshoff (J.), Gedichten | 283 | |
| Geuns (J.J. van), Boomen-ruischen | 280 | |
| Gruyter (J. de), H.G. Wells, I, II, Slot | 76, 201, 330 | |
| Haan (Mr. J. Bierens de), zie Bierens de Haan. | ||
| Jolles (Dr. A.), Wilhelm Busch en Christian Morgenstern, I, Slot | 105, 233 | |
| -, Kunsthistorische methoden. | ||
| Jac. van Ginneken S.J., Publicaties der afdeeling: Nederlandsch van het Instituut Nieuwe Letteren aan de Nijmeegsche Universiteit, I | 386 | |
| Lindeboom (Dr. J.), Het Franciscus-probleem | 354 | |
| Marsman (H.), Verzen | 41 | |
| -, Over Anthonie Donker. | ||
| Anthonie Donker, Acheron | 380 | |
| Mérode (Willem de), Johannes | 281 | |
| Nijhoff (Mr. M.), De geschiedenis van den soldaat, door C.F. Ramuz. Hollandsche bewerking | 165 | |
| Oordt (Lt.-Gen. H.L. van), De onjuistheid der grondstellingen van de Memorie van Antwoord nopens het Nederlandsch-Belgische Tractaat | 125 | |
[Deel 4, pagina VI]
| Bladz. | ||
|---|---|---|
| Polak (Dr. N.J.), De litterair-economische H.B.S. en het voorbereidend hooger onderwijs | 302 | |
| Ramuz (C.F.), zie Nijhoff. | ||
| Roelants (Maurice), Komen en gaan, Slot | 1 | |
| Smit (W.A.P.), Verzen | 44 | |
| Stort (R. van Genderen), zie Genderen Stort. | ||
| Vermeulen (Matthijs), Harmonie-contrapunt | 368 | |
| Veth (wijlen Jan), Broos geluk | 159 | |
| Wijk (Dr. N. van), Dostojewskij's brieven aan zijn vrouw | 398 | |
| Bibliographie. | ||
| Percy Lubbock, Earlham. - Hugo Verriest, Keurbladen. - Dr. F. de Pillecijn, Hugo Verriest. - I.J. de Bussy, Opstellen, ingeleid en bewerkt door Dr. N. Westendorp Boerma. - J.C. van Schagen, Narrenwijsheid. - Dr. D.H. Scott, De evolutie der planten. - W.H.C. Tenhaeff, Beknopte handleiding der psychical research | 147 | |
| Dr. M.A. van Herwerden, Erfelijkheid bij den mensch en eugenetiek. - A.W. Bijvanck, Les principaux manuscrits à peintures de la Bibliothèque royale des Pays-Bas et du Musée Meermanno-Westreenianum à la Haye. - Het werk van Prosper van Langendonck | 264 | |
| Agatha Seger, Verzen. - Lode Monteyne, Kritische bijdragen over tooneel. - G. Blachon, Waarom ik Vlaanderen liefheb | 407 | |
[Deel 4, pagina 268]
Rectificatie.Gids 1926 III 382, in plaats van:
‘Leyds, die meende, dat de Engelsche Regeering den oorlog wilde en alleen talmde omdat zij nog niet gereed was, seinde den 27sten September naar Pretoria om het Gouvernement aan te raden een ultimatum tot Engeland te richten.’
lees:
‘Leyds seinde den 27sten September naar Pretoria, dat volgens het algemeen gevoelen op het vasteland Engeland absoluut den oorlog wilde en slechts uitstel zocht, en dat men dus de Republiek aanried een ultimatum tot Engeland te richten.’
[Deel 4, pagina 411]
REGISTER.
der in dezen jaargang behandelde werken.
| Angoulvant (Gabriel), Les Indes Néerlandaises, leur rôle dans l'économie internationale | Dl. III Blz. 292 |
| Baekelmans (Lode), De mannen van Elck wat wils | Dl. I Blz. 426 |
| Blachon (G.), Waarom ik Vlaanderen liefheb, uit het Fransch vertaald door Stijn Streuvels | Dl. IV Blz. 409 |
| Boerma (Dr. N. Westendorp), zie Bussy. | |
| Brugmans (Dr. I.J.), De arbeidende klasse in Nederland in de 19e eeuw (1813-1870) | Dl. II Blz. 306 |
| Brunclair (Vicor J.), De dwaze rondschouw | Dl. III Blz. 287 |
| Bussy (I.J. de), Opstellen, ingeleid en bewerkt door Dr. N. Westendorp Boerma | Dl. IV Blz. 151 |
| Bijvanck (A.W.), Les principaux manuscrits à peintures de la Bibliothèque royale des Pays-Bas et du Musée Meermanno-Westreenianum à la Haye | Dl. IV Blz. 265 |
| Cendrars (Blaise), Moravagine | Dl. III Blz. 142 |
| Chesterton (G.K.), Saint François d'Assise, traduit de l'anglais par Isabelle Rivière | Dl. II Blz. 443 |
| Copello (Mr. N.J.C.M. Kappeyne van de), zie Kappeyne. | |
| Coster (Dirk), Verzameld proza, I | Dl. I Blz. 413 |
| Dawson (W.H.), South Africa. People, places and problems | Dl. III Blz. 414 |
| Delteil (Joseph), Jeanne d'Arc | Dl. III Blz. 143 |
| Deyssel (L. van), Een liefde | Dl. I Blz. 119 |
| Donker (Anthonie), Acheron | Dl. IV Blz. 380 |
| Eeckhout (Joris), Karel van de Woestijne | Dl. II Blz. 440 |
| Elro (H. van), Madonna in Tenebris | Dl. I Blz. 308 |
| Europa Year Book (The), edited by Michael Farbman, Ramsay Muir, Hugh F. Spender | Dl. III Blz. 294 |
| Genderen Stort (R. van), Kleine Inez | Dl. I Blz. 259 |
| Genechten (Mr. R. van), Wat willen de Vlamingen? | Dl. III Blz. 265 |
| Genechten (Mr. R. van), De slechte oneindigheid van het Vlaamsch Belgicisme | Dl. III Blz. 265 |
[Deel 4, pagina 412]
| Ginneken S.J. (Jac. van), Publicaties der afdeeling: Nederlandsch van het Instituut Nieuwe Letteren aan de Nijmeegsche Universiteit, I | Dl. IV Blz. 386 |
| Gijsen (Marnix), Het huis, verzen | Dl. I Blz. 306 |
| Hecke (Firmin van), Gedichten | Dl. II Blz. 151 |
| Herwerden (Dr. M.A. van), Erfelijkheid bij den mensch en eugenetiek | Dl. IV Blz. 264 |
| Holst-van der Schalk (H. Roland), zie Roland Holst. | |
| Jong (A.M. de), Merijntje Gijzen's jeugd. I Het verraad. II. Flierefluiter's oponthoud | Dl. III Blz. 444 |
| Jong (Dr. K.H.E. de), zie Tenhaeff. | |
| Kappeyne van de Copello (Mr. N.J.C.M.), Vertegenwoordigend stelsel | Dl. III Blz. 276 |
| Krause (Dr. Gregor), Borneo. Heft I-III | Dl. I Blz. 136 |
| Kröller-Müller (Mevr. H.), Beschouwingen over problemen in de ontwikkeling der moderne kunst | Dl. I Blz. 137 |
| Langendonck (Prosper van), Het werk | Dl. IV Blz. 266 |
| Lek (Dr. H.A.A. van der), zie Scott. | |
| Looy (Jac. van), Proza-werken | Dl. II Blz. 379 |
| Lotsy (Dr. J.P.), zie Scott. | |
| Lubbock (Percy), Earlham | Dl. IV Blz. 147 |
| M.K., De geest in Limburg | Dl. III Blz. 289 |
| Maurois (André), Ariel ou la vie de Shelley | Dl. I Blz. 426 |
| Meyere (Victor de), De roode schavak | Dl. III Blz. 139 |
| Meyere (Victor de), De Vlaamsche vertelselschat | Dl. III Blz. 288 |
| Monteyne (Lode), Kritische bijdragen over tooneel | Dl. IV Blz. 408 |
| Murris (R.), La Hollande et les Hollandais au XVIIe et au XVIIIe siècles vus par des Français | Dl. III Blz. 290 |
| Naeff (Top), Voorbijgangers | Dl. III Blz. 137 |
| Nerval (Gérard de), El Desdichado | Dl. I Blz. 131 |
| Nijlen (Jan van), De lokstem en andere gedichten | Dl. I Blz. 309 |
| Oever (Karel van den), De heilige berg, verzen | Dl. II Blz. 148 |
| Pillecijn (Dr. F. de), Hugo Verriest | Dl. IV Blz. 148 |
| Prinsen J. Lz. (Dr. J.), De roman in de 18e eeuw in West-Europa | Dl. II Blz. 277 |
| Rethmeier (B.H.), Einstein's relativiteitsbeginsel | Dl. I Blz. 303 |
| Rivière (Isabelle), zie Chesterton. | |
| Roland Holst-van der Schalk (H.), Communisme en moraal | Dl. I Blz. 305 |
| Schagen (J.C. van), Narrenwijsheid | Dl. IV Blz. 153 |
| Schamelhout (Dr. G.), De volkeren van Europa en de strijd der nationaliteiten, I | Dl. II Blz. 309 |
| Schnitzler (Arthur), Fräulein Else | Dl. II Blz. 152 |
[Deel 4, pagina 413]
| Scott (Dr. D.H.), De evolutie der planten. Geautoriseerde vertaling naar den 2e druk van Dr. H.A.A. van der Lek, met voorwoord van Dr. J.P. Lotzy | Dl. IV Blz. 155 |
| Seger (Agatha), Verzen | Dl. IV Blz. 407 |
| Stort (R. van Genderen), zie Genderen Stort. | |
| Streuvels (Stijn), zie Blachon. | |
| Teirlinck (Herman), De wonderlijke Mei | Dl. I Blz. 425 |
| Tenhaeff (W.H.C.), Beknopte handleiding der psychical research. Met een inleiding van Dr. K.H.E. de Jong | Dl. IV Blz. 156 |
| Tiersot (Julien), Lettres de musiciens, écrites en français, du XVe au XXe siècle. Première série, de 1480 à 1830 | Dl. III Blz. 141 |
| Timmermans (Felix), Naar waar de appelsienen groeien | Dl. II Blz. 150 |
| Vermeulen (Frans), Handboek tot de geschiedenis der Nederlandsche bouwkunst. Afl. 1-3 | Dl. II Blz. 307 |
| Verriest (Hugo), Keurbladen | Dl. IV Blz. 148 |
| Vriamont (Joris), Sebbedee | Dl. II Blz. 310 |
| Westendorp Boerma (Dr. N.), zie Bussy. | |
| Woestijne (Karel van de), Het zatte hart | Dl. II Blz. 442 |
| Zwanenburg (Dr. S.), Inleiding tot de psychologie | Dl. II Blz. 439 |