verschil van meening tusschen hen de beslissende stem heeft. Dit niet alleen, maar de uitvoering der te sluiten conventie blijft onder toezicht van twee lichamen, uit een gelijk getal Poolsche en Duitsche vertegenwoordigers samengesteld, onder presidenten van andere nationaliteit, benoemd door den Volkenbondsraad. Er schijnt dus voldoende voor gewaakt, dat Duitschland nog gedurende vijftien jaren de beschikking over grondstoffen uit het afgestane gedeelte van Opper-Silezië zal behouden.
De staatkundige grenslijn zal dan voorloopig geen economische grenslijn mogen zijn; de Poolsche souvereiniteit over het verworven gebied blijft vooralsnog in dit opzicht eene beperkte. Zij kan echter na verloop van tijd eene volledige worden, en het is de vraag of Duitsche bedrijfsleiders het onder Poolsch bestuur vijftien jaar. lang zullen kunnen harden. Een uittocht van Duitsch personeel uit Kattowitz, Königshütte en omgeving naar gene zijde van de nieuw getrokken grens schijnt reeds begonnen.
De Duitsche Rijksdag protesteert in bewoordingen, die aan die der Nationale Vergadering te Bordeaux in 1871 herinneren, toen deze zich den vrede moest laten welgevallen, waarbij Frankrijk den Elzas verloor. Het aantal Duitschers dat door de nieuwe grens wordt afgesneden is te Berlijn op 220.000 begroot, aanzienlijk meer dan het aantal Polen dat die grens bij Duitschland laat. Het kabinet-Wirth is afgetreden maar onmiddellijk weer herleefd, daar geen andere regeering dan eene, uit socialisten, centrum en democraten gevormd, op het oogenblik in Duitschland mogelijk is, en het heeft op zijne verklaring, aan de uitvoering der opgelegde beslissing na protest te zullen medewerken, de goedkeuring der meerderheid van den Rijksdag verkregen (230 tegen 132 stemmen).
Met Karel van Habsburg zal de wereld nu wel spoedig zich niet veel meer behoeven bezig te houden. Het is alleen nog de vraag, naar welk oord de geallieerden hem en Zita (de drijfkracht, naar het schijnt, der jongste onderneming) verbannen zullen. Opmerkelijk was ook ditmaal (als de vorige) het geheel in rust blijven der bevolking van Oostenrijk.