maar de algemeene Islam-opstand tegen de ongeloovigen blijft uit.
De Russen hebben stellingen bezet die hen beter dan te voren in staat stellen Perzië in bedwang te houden, en van een openen der gehoopte verbinding tusschen Turkije en Afghanistan is voor de Centralen nog geen sprake; daarvoor zouden eerst de Engelschen uit hunne positiën aan den Sjat-el-Arab en in Zuid-Perzië moeten verdreven zijn. Blijkens de bewegingen van von der Goltz-pasja wordt iets voorbereid tegen Egypte; de sluiting van het Suez-kanaal wordt mogelijk, zoo niet waarschijnlijk geacht, en de Engelschen zelven gaan om de Kaap varen, welk voorbeeld door de neutralen moet worden gevolgd. Het kan zijn dat in de wereld van de Levant eene belangrijke beslissing vallen zal, maar zij teekent zich nog niet af, en er zijn omstandigheden te over die de verwachting, dat juist dáár het groote pleit zal worden beslecht, niet zeer levendig maken. Geen van beide partijen kan in de Levant de volle kracht inzetten, om de goede reden dat die elders vast ligt en vast liggen blijft. Noch de Geallieerden, noch de Centralen, durven zich op de groote fronten in West en Oost belangrijk te verzwakken; integendeel hebben die fronten onophoudelijk aanvulling in munitie en manschappen noodig. De macht die de Centralen thans op den Balkan vereenigd hebben moge voldoende zijn geweest om met hulp der Bulgaren Servië te fnuiken, zij is daarom nog niet vrij voor gebruik elders; schijnt althans nòch reeds beschikbaar, nòch (zoo zij het ware) in getal toereikend, om b.v. Egypte aan de Engelschen te ontrukken. Dus blijft het in de Levant eene worsteling tusschen Geallieerden en Turken; Turken thans weliswaar beter dan te voren van het noodige voorzien, maar die de zee niet kunnen gebruiken, en daardoor tegenover den vijand zeer in het nadeel zijn. Of er iets van overwegend belang gebeuren gaat, moet in omstandigheden als deze voor een groot deel van de houding der Mohammedaansche onderdanen of beschermelingen van Engeland en Frankrijk
afhangen. De Centralen zijn rijk in voor de Entente vernietigende voorspellingen te dezen aanzien, maar de bekend geworden werkelijkheid beantwoordt daar nog weinig aan.
Intusschen gaat het schroot- en daarmede het geldverbruik