De Gids. Jaargang 78
(1914)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 372]
| |
Aanteekeningen en opmerkingen.Rotterdam's monument van burgerzin.- Gelijk zoovele droevige dingen, herhaalt zich de geschiedenis van het Vredespaleis. Zij doet het in die van Rotterdam's stadhuis. Immers, ook in de Maasstad krijgt de Cordonnier een Van der Steur. Men tast niet door, als Hannover deed: - de regeling is geniepiger, ongetwijfeld ook veel goedkooper; hoe zou zij even doeltreffend zijn? Kwetsend voor den prijswinner is zij hier juist als in Den Haag. De volkswijsheid over de mannen, die lange messen dragen, wordt Prof. Henri Evers letterlijk voorgespeld, daar zijn Van der Steur den naam Kok draagt. In verschillende, doch altijd gewrongen bewoordingen, hebben de dagbladen de inschuiving van dezen man der praktijk, die in dienst komt van den heer Evers, doch den gemeentedienst niet verlaat, aan hunne lezers meegedeeld. Ziehier dus de toepassing van het denkbeeld van B. en W.: ‘wordt de definitieve opdracht verstrekt, dan zal het plan in voortdurend overleg met de betrokken organen van het gemeentebestuur met volkomen kennis van zaken kunnen worden omgewerkt.’.... Terwijl nu de kritiek over den arbeid des bouwmeesters of der bouwmeesters wacht op openbaarmaking van nadere plans of op uitvoering, komt een uiting der openbare meening verrassen. Onmiddellijken invloed zal dit late verzet wel niet hebben. Het verzoek aan den raad om ‘ernstig te overwegen of om-keer alsnog mogelijk is,’ d.w.z. ten halve te keeren, gelijk Hannover, zal misschien nauwelijks | |
[pagina 373]
| |
behandeld worden.Ga naar voetnoot1) Doch de adressanten weten, dat er nog andere ‘monumentale bouwwerken’ moeten komen, zij noemen er een: de nieuwe Beurs; en ‘met aandrang’ verzoeken zij, dat daarbij ‘recht moge geschieden aan het groote beginsel: dat steeds de openbare zaak, voordat men besluit, algeheel-openbare behandeling verdient.’ Na de uitsluiting van Berlage, is juist die hardnekkige weigering om de ontwerpen ten toon te stellen, voordat de raad een besluit had genomen, het kenschetsende geweest in heel deze sluwe stadhuis-politiek. Daar gaat nu een rekest tegen in, waarop wellicht nog heel wat adhaesie zal komen, doch dat, ingediend bij een keur van ‘stemmen uit de pers’, in den vorm van een keurig boek, ‘ter toelichting’, ongeveer drie dozijn onderteekenaars-namen draagt. Het zijn niet uitsluitend regentenamen, doch er zijn er eenige bij. Bismarck zou de waarde schatten van enkele deftige vrouwenamen. En die vragen ‘algeheel-openbare behandeling’ in een stad, welker veelgeroemde doortastendheid en voortvarendheid juist zoo gaarne met dichte deuren werkte! A quelque chose malheur est bon. Een monument van burgerzin zal ons stadhuis niet worden, helaas; doch tot een verrassend blijk van burgerzin is de onwaardige voorbereiding van den bouw de aanleiding geweest.
J.d.M. |
|