worden, heeft den verraderlijken aanval niet alleen doorstaan, maar den belager met groot verlies teruggeworpen. En terwijl Bulgarije's hoofdmacht aan het misdadig avontuur werd gewaagd, drongen eerst de Grieken op, schoten vervolgens de Roemeniërs uit hun hoek, en nu eindelijk zelfs de Turken. Adrianopel, ten koste van duizenden menschenlevens hun ontrukt, is hun nu zonder slag of stoot weer prijsgegeven, en zelfs heeft het Turksche leger de grens van Oud-Bulgarije overschreden. Zullen nu de mogendheden toelaten dat Turkije de praeliminairen van Sint-James verscheurt? Zullen de Balkanvolken het toelaten?
De mogendheden aarzelen. De taal van Asquith was dreigend; de daden van Engeland zijn het tot dusver niet. Rusland is het met zichzelf niet eens, of het toetasten zal in Armenië, ja dan neen. Met oorlogsschepen dwingt men tot de ontruiming van Adrianopel niet. Zal men er toe lokken met een gouden brug te bouwen?
Turkije heeft, zal het in Azië voortbestaan, veel geld, en een zekere mate van goedwilligheid der mogendheden noodig. Zal men afwachten wat kracht deze overweging te Konstantinopel zal blijken te bezitten? Maar er is haast bij; laat men de zaken nu nog op haar beloop, het Balkan-schiereiland wordt één brandmijt en moordhol. Ten genoegen van Turken en Oostenrijkers. Europa's belang daarentegen is, dat het een bruikbaar lid der geordende Europeesche statengemeenschap zal worden. Wie zal de ordening ter hand nemen? Wie kan het doen?
De hoop is thans op Roemenië gevestigd met zijn intact leger en zijn welberaden vorst. Roemenië heeft zich indertijd in de gebeurtenissen verrekend. Het heeft op de nederlaag der vier koningen gespeculeerd. Thans geeft de twist dier koningen het de gelegenheid, al het verzuimde in te halen. Weinig meer dan een maand geleden aarzelde het nog, of het de zijde van Bulgarije moest kiezen, dan wel die van Servië. Sedert Bulgarije een schelmstuk bedreef en bovendien zich daarbij nog in zijn krachten misrekende, had Roemenië natuurlijk nog maar ééne keus. Bewondering is niet misplaatst voor de zeer staatkundige wijze waarop het tot dusver zijn veldtocht gevoerd heeft. Eén van tweeën, òf Bulgarije's koning is door de dommekracht van de hebzucht