Bibliographie.
Herinneringen aan Nicolaas Beets, in woord en beeld, door Dr. Johs. Dyserinck. Geïllustreerd door Henri A. Fuik. Den Haag, R.J. Fuik. 1904.
Wij komen erg laat met onze aankondiging van dit boek van den onvermoeiden verzamelaar, die het onvindbare weet te vinden en er soms zelfs in schijnt te slagen, het onbelangrijke belangrijk te maken. De schuld van deze vertraging ligt voor een deel aan ons, maar voor een deel aan Dr. Dyserinck. Want dit boek met zijn vele merkwaardigheden, aardige vondsten en nog aardiger afbeeldingen, geschreven, zooals de schrijver zegt, ‘met de tentoonstelling [Van Beets werken, brieven, portretten enz.] voor oogen’, is als geheel eigenlijk niet goed leesbaar en het heeft ons heel wat moeite gekost, de lektuur tot een goed einde te brengen.
Een beredeneerde catalogus, waarin men belangrijke bijzonderheden later gemakkelijk terugvindt, is het niet, evenmin een opeenvolging van levendig en vlot vertelde, met smaak en kunst bijeengevoegde merkwaardigheden, Nicolaas Beets betreffende. Telkens krijgt men ‘de tentoonstelling voor oogen./rs In dezen trant: ‘Behalve hetgenoemde lag op de tafel’, ‘Ook was voorhanden’, ‘In de tweede zaal bevond zich’, ‘De wanden der zaal waren versierd met’.... Maar het is ons, lezers, niet om de tentoonstelling te doen, die reeds meer dan een jaar tot het verleden behoort, maar om hetgeen de titel ons beloofde: ‘Herinneringen aan Nicolaas Beets’. Die zijn er zeker in te vinden, en zeer belangrijke ook; maar men moet ze er zelf uit bijeenzoeken, tusschen minder belangrijke en onbelangrijke, en tusschen mededeelingen, die met Beets weinig te maken hebben, zooals bijv. de kritiek van Van Vloten op de gedichten van Albertine Kehrer, of die hem in het geheel niet raken, zooals de brief van Allard Pierson, aan Heldring bij den dood van zijn zoon. Van werkelijk groot belang lijkt ons hetgeen Dr. Dyserinck meedeelt over de betrekkingen tusschen Beets en Kneppelhout. Wat zijn die hier geheel of gedeeltelijk afgedrukte brieven karakteristiek en hoe doen ze ons naar de publicatie van de volledige briefwisseling verlangen!