Men is moedig geweest - maar ik weet niet of het de algemeene aandacht heeft getrokken - op het Balkan-schiereiland.
Boelgarije verlangt naar uitbreiding over Macedonië dat het een Groot Boelgarije zal worden, en Vorst Ferdinand heeft een oogenblik aan den droom toegegeven of hij ook zonder den wil van Rusland, door een verbond met zijn buren, niet een deel zou kunnen krijgen van het begeerde gebied.
Ook Servië heeft zich onafhankelijk betoond. De Koning is tegen het Russische hof gaan pruilen, omdat men hem en Draga daar maar niet wou ontvangen, hij heeft zijn ministers veranderd, en de constitutie geschonden, en is bij Oostenrijk heul gaan zoeken, in éen woord, hij heeft zijn moedje getoond.
En nog meer zijn er moedig geworden. Er is sprake geweest van een conferentie te Abbazia tusschen Frans Jozef, den Keizer van Oostenrijk en Wilhelm II en Koning Carol van Roemenië, om den toestand in Macedonië te bespreken en gezamenlijk met den Sultan te onderhandelen.
Hier verschijnt de schim, o, een stipje van een schim.
Graaf Lammsdorf - is er onschuldiger naam denkbaar? - de Russische minister van buitenlandsche zaken is op reis gegaan. Op reis, ja, hij heeft nog immers niet de gelegenheid kunnen vinden om zich aan het Oostenrijksche hof te presenteeren, en welke tijd is aangenamer om te reizen dan de maand December? Vooral als men een omweg kan nemen, gelijk Lammsdorf heeft gedaan, over Belgrado, de hoofdstad van Servië, en Sofia, waar Ferdinand, de Vorst van Boelgarije, zetelt!
Vreemd is het om te zien hoe de schaduw die Lammsdorf werpt voldoende is om Servische ministers te doen buitelen die nauwelijks een paar weken geleden aan het bestuur zijn gekomen, en hoe Boelgaarsche droomwenschen op eenmaal inkrimpen alsof ze zelfs geen recht hebben op bestaan.
Van de conferentie te Abbazia spreekt niemand meer.
Er zullen zeker gouden ketens worden uitgedeeld.
O hypocriet, bruut-schichtig, vuil-onnoozel jaar, gluip weg in den donkeren chaos voor de schaduw die het licht van het aankomende nieuwe jaar reeds nu wil werpen! En neem Madame Humbert mee, en ook Madame Louise Giron, of ze moest het pleizier van haar schuld een beetje bescheidener gaan dragen.