heilzaamst terugwerken op eene goede samenstelling, van stonde aan, onzer wetten en algemeene maatregelen van bestuur. De ministers behooren van de hoofdambtenaren alle ontwerpen der wetgeving, ook die welke buiten des wetgevers eigenlijk gebied blijven, in een vorm te ontvangen, wat bouw en taal en verband der onderdeelen betreft, die onberispelijk is. Twijfelt men misschien of die regel minder dan thans zal nageleefd worden, zoodra de Raad van State openlijk kan doen blijken dat die regel niet is veronachtzaamd?
's Raads advies, een licht voor de Kroon en voor de ministers, welks degelijkheid door de controle der openbaarheid bevorderd wordt, zou zoodoende voor de Regeering bij het debat in de Staten-Generaal een krachtige steun worden; zou aan menig lid dier hooge vergadering een of meer oogen openen voor hetgeen nog wel eens aan zijne aandacht pleegt te ontsnappen, omdat één mensch niet alles weten kan; zou hoogst gunstig terugwerken op elk aanvankelijk ontwerp van wetgevenden aard, reeds van het oogenblik af dat de kiel voor het nieuwe schip wordt gelegd. Zooveel hangt immers daarvan af voor de goede samenstelling van de schuit niet minder dan voor hare behouden vaart.
De grondwet verbiedt zulk eene openbaarheid niet. De wet op den Raad van State schrijft haar niet voor, doch heeft zich wel gewacht haar te verbieden. Integendeel. Waar die wet enkele leden van den Raad van State tot eene geheele bijzondere afdeeling vereenigt, die met hem niets te maken heeft en geheel zelfstandig aan de Kroon hare adviezen uitbrengt, daar huldigt de wet de publiciteit dier adviezen. De koninklijke besluiten door die afdeeling geheel gereed gemaakt en aan de Kroon ter bekrachtiging voorgelegd, worden alle zonder onderscheid openbaar gemaakt, zelfs dan als de Kroon zich met die adviezen niet vereenigt. En geschiedt dit in zaken waarbij locaal of particulier belang betrokken is, is er dan ééne enkele reden denkbaar om die methode niet toe te passen in zake wetgeving, waarbij het algemeen belang bij deugdelijke en weldoordachte wetten nog zoo oneindig meer betrokken is?
Ten slotte brengen wij in herinnering dat de adviezen van den Raad van State wel eens publiek gemaakt zijn. O.a. ter gelegenheid van de vaststelling van het nieuwe strafwetboek, en later. In afwachting van aanvulling der wet op den Raad van State, zouden wij reeds aanstonds eene invoering van de hierboven besproken openbaarheid, telkens ten verzoeke van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, slechts kunnen toejuichen.
S.