De Gids. Jaargang 50(1886)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 156] [p. 156] Schemering in den Dom. Schaduwen en maanlichtstralen Spelen op de marmersteenen, Waarop rosse glansen dalen, Die zij 't kleurig glas ontleenen Van der ramen hooge bogen. In de nissen heilgenbeelden Staren met geschilderde oogen Op de rijke tempelweelden In het rond. Geen adem beeft er. Slechts van zware wierookneevlen Door de stille gangen zweeft er Nog een walm. De heil'gen preevlen Met hun koude, doode lippen Litaniën; doffe klanken Aan der graven diepte ontglippen. Levenlooze bloemenranken, Schitterend vergulde, slingren Om het hek met ijzren randen Onbeweegbre cherubvingren. - Schimmen glijden langs de wanden. [pagina 157] [p. 157] En een droeve, bleeke vrouwe Knielt en bidt met zacht gefluister, En een knaapje in 't kleed der rouwe Blikt steeds angstiger in 't duister. Elize Knuttel-Fabius. Vorige Volgende