De Gids. Jaargang 13
(1849)– [tijdschrift] Gids, De– AuteursrechtvrijDe Gids. P.N. van Kampen, Amsterdam 1849
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: V 14
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens enkele hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de 13de jaargang van De Gids uit 1849. De errata zijn niet doorgevoerd in de lopende tekst.
redactionele ingrepen
deel 1, p. 748: een aantal letters is niet leesbaar en is weergegeven met puntjes tussen vierkante haken.
deel 2, p. 403-414: de noten op deze pagina's zijn in de lopende tekst geplaatst. De pagina's 403-414 zijn daardoor komen te vervallen.
deel 2, p. 556: in de tekst ontbreekt een nootverwijzing bij noot 1. We hebben de noot alsnog geplaatst.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1 en 2: p. II) en advertenties zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[eerste deel, pagina I]
DE GIDS. I.
[eerste deel, pagina III]
DE GIDS.
DERTIENDE JAARGANG.
Nieuwe Serie.
TWEEDE JAARGANG.
1849.
EERSTE DEEL.
AMSTERDAM, P.N. VAN KAMPEN.
1849.
[eerste deel, pagina IV]
GEDRUKT BIJ C.A. SPIN & ZOON.
[eerste deel, pagina V]
INHOUD.
januarij.
Jacob van Heemskerck en vijf en twintig jaren Hollandsche Poëzij, door E.J. Potgieter | Blz. 1. |
Uit Bohemen. Een blad uit mijn Dagboek, door Dr. Henry Riehm | Blz. 35. |
De Statistiek, door M.M. von Baumhauer | Blz. 79. |
Iets over den slavenstand in Nederl. Indië. (Een Fragment). | Blz. 89. |
Na een bezoek in de cellulaire gevangenis, door A.J. de Bull. | Blz. 99. |
februarij.
Bijdrage tot de kennis van ons krijgswezen te lande, door W.J. Knoop | Blz. 121. |
Jacob van Heemskerck en vijf en twintig jaren Hollandsche Poëzij, door E.J. Potgieter. (Vervolg van blz. 34) | Blz. 172. |
Staatkundige beschouwingen | Blz. 192. |
maart.
De oppositie tegen het koloniale stelsel, door Prof. P.J. Veth. | Blz. 245. |
De echtheid van Paulus' brief aan de Efeziërs oordeelkundig onderzocht, door Dr. A. Niermeijer | Blz. 287. |
Wat wij beleven is meer geschied. Twee hoofdstukken uit de Romeinsche geschiedenis, door Dr. W.G. Brill | Blz. 317. |
Jacob van Heemskerck en vijf en twintig jaren Hollandsche Poëzij, door E.J. Potgieter (Vervolg van blz. 191) | Blz. 329. |
april.
De echtheid van Paulus' brief aan de Efeziërs oordeelkundig onderzocht, door Dr. A. Niermeijer. (II.) | Blz. 357. |
Onze Zeemagt | Blz. 413. |
Een dichter uit het volk, door J. Kneppelhout | Blz. 426. |
Over den besten waarborg van Staatswelvaren en volksgegeluk, door Dr. W.G. Brill | Blz. 454. |
[eerste deel, pagina VI]
mei.
De geloofwaardigheid van den schrijver van het Boek: De Handelingen der Apostelen, verdedigd, door D. Harting | blz. 477. |
Het Microscoop en de practische Geneeskunde, door J.M.S. | blz. 504. |
Nog een woord over ons krijgswezen te lande, door W.J. Knoop. | blz. 518. |
De Maleische Proza-literatuur, door Dr. J.J. de Hollander | blz. 533. |
De Robinson Crusoë en zijn Auteur, door Mr. C.L. Schüller tot Peursum | blz. 585. |
junij.
In Heidelberg's omstreken, door Dr. Henry Riehm | blz. 621. |
Robert Morisson. Naar het Hoogduitsch van K.F. Neumann. | blz. 655. |
Bijdrage tot de geschiedenis onzer kolonisatie in Noord-Amerika, door Mr. W.E.J. Berg van Dussen Muilkerk. (B. Van de oprigting der West-Indische Compagnie in 1621, tot aan de inbezitneming van Nieuw-Nederland in Dec. 1623). | blz. 702. |
De inhuldiging en een wapenschild. Eene nabeschouwing, door Prof. H.C. Millies | blz. 721. |
Bibliographisch album | blz. 107, 221, 350, 465, 609, 736. |
BIJBLAD, bij No. 2.
Een belangrijk kritisch punt, door Mr. Is. da Costa ‘tot eene afdoende beslissing’ gebragt, andermaal aan de gronden der waarschijnlijkheid getoetst, door Dr. Th.K.M. von Baumhauer.
errata.
Blz. 431 | reg. 10 | staat: gelegen | lees: gelegd. |
Blz. 431 | reg. 13 | staat: burger | lees: burgerij. |
Blz. 432 | reg. 23 | staat: aan | lees: voor. |
Blz. 432 | reg. 29 | staat: levertraan aan het | lees: levertraan het |
Blz. 433 | reg. 36 | staat: wiens | lees: wien de |
Blz. 437 | reg. 9 | staat: niettegenstaande | lees: desniettegenstaande |
Blz. 453 | reg. 13 | staat: hen | lees: hun |
Blz. 465 | reg. 5 | v.o. en bladz. 467 (in de noot) moet zijn op beide plaatsen: | |
Blz. 616 | reg. 26 v.b. | staat: in bewaring te geven; | lees: in betaling te geven. |
[eerste deel, pagina VII]
REGISTER
der in dit deel behandelde werken.
Ackersdijk (J.), Over belastingen en bezuinigingen | Blz. 611. |
Babo (L. von), Akkerbouwscheikunde | Blz. 743. |
Ballot (J.C.), Magazijn voor Landbouw en Kruidkunde | Blz. 226. |
Baumhauer (Th. C.M. von), Disputatio crit. Theologica, qua vindicatur Lucae, Apostolorum conventum, Actuum Apostolorum cap. XV referentis, contra recentissimas dubitationes fides historica | Blz. 477. |
Bekker (Balthazar), in Franeker, een portret uit de XVII eeuw | Blz. 242. |
Bergh (S.J. van den), een Dichtbundel voor mijn Vaderland | Blz. 427. |
Bernard, Tafereelen uit den tijd van Christiaan II, Koning v. Denemarken. | Blz. 475. |
Bevolking(De), het vee en de opbrengst der gewassen in Gelderl. over 1846. | Blz. 745. |
Bleekrode(S.), Jaarboekje v. Wetenschappen en Kunsten. Tweede Jaarg. | Blz. 118. |
Bogaers (A), De togt van Heemskerk naar Gibraltar | bl. 1, 172, 324. |
Bosch (J. van den), Militaire Administratie | blz. 350. |
Bunsen (C.C.J.), Ignatius von Antiochien und seine Zeit. Sieben Sendschreiben an Dr. August Neander | Blz. 357. |
Denkbeelden van een oud soldaat, 1848 | Blz. 121. |
Dethmar(F.W.), Aangename herinneringen aan Holland en zijne in woners | Blz. 470. |
Dresselhuys (J. ab Utrecht), De Waalsche Gemeenten in Zeeland, vóór en na de herroeping van het Edict van Nantes | Blz. 236. |
Mr. E.E. De Grondwetsherziening en ons belastingstelsel | Blz. 620. |
Ehrlich (J.), Bijdrage tot de Kennis der Geschiedenis van Middelburg. | Blz. 107. |
Engelberts, Moet de Plaatsvervang. bij de Militie worden afgeschaft? 1848. | Blz. 121. |
Fraissinet (J.C.), Geschiedenis van Vorst Bispoe Radja, uitgegeven en met aanteekeningen voorzien | Blz. 465. |
Froger (W.A.), Over de verdediging van de landgrenzen van den Staat. | Blz. 518. |
Ganderheyden, Vertoog betrekkelijk de uitgiften van Gemeentens en Heidegronden in Noord-Braband | 617. |
Gids bij de toepassing der Wetgeving op de Registratie, door een oud Hoofd-Ambtenaar | Blz. 469. |
Goeverneur (J.J.A.), De Huisvriend. 6de Deel | Blz. 748. |
Harting (D.), Verhandeling over de echtheid van den Brief van Paulus aan de Efeziërs | blz. 290, 357. |
Harting (P.), Het Microscoop, deszelfs gebruik, geschiedenis en tegenwoordige toestand. Een handboek voor natuur- en geneeskundigen | blz. 504. |
Hoëvell (Dr. W.R. van), Afscheidsrede, gehouden te Batavia | blz. 245. |
Hoëvell (Dr. W.R. van), De Emancipatie der Slaven in Nederlandsch Indië | blz. 245. |
Hollander (Dr. J.J. de), Handleiding bij de beoefening der Javaansche Taal en Letterkunde | blz. 736. |
(Hollander (Dr. J.J. de), Handleiding tot de kennis der Maleische taal | blz. 736. |
Jansen (M.H.), De Zeemagt | blz. 413. |
Körte (W.), Levensbeschrijving van A.D. Thaer | blz. 226. |
[eerste deel, pagina VIII]
LöbenSels (Van), Proeve van bezuiniging op de begrooting v. oorlog, 1848 | Blz. 121. |
Mededeelingen en Handelingen der Geldersche Maatschappij v. landbouw | Blz. 745. |
Meurs (Van) en Rose, Proeve eener organisatie der Landmagt, 1848 | Blz. 121. |
Meijer (H.A.), Heemskerk | blz. 1, 172, 329. |
Michaelis (H.C.), Epitome Antiquitatum Romanarum et Graecarum | blz. 110. |
Michiels (A.V.), Moet Nederlandsch Oost-Indië in N.O.I. autocratisch of constitutioneel geregeerd worden? | blz. 245. |
Moll (H.M.), Romeinsche Geschiedenis. Ter vertaling in het Latijn voor eenigzins gevorderden | blz. 619. |
Munnich (J.), Opleiding v. Javaas bevolking tot Christelijke beschaving | blz. 245. |
Nortier (A. Kloete), Cathechismus der Plantenkunde | blz. 226. |
Poppe (Dr. J.H.M. von), Natuurkunde naar de behoeften des tijds | blz. 747. |
Rinck (G.F.), Disputatio ad authentiam epistolae Pauli ad Ephesios probandam | blz. 357. |
Schets van eene vereenvoudigde en min kostbare inrigting van ons oorlogswezen | blz. 518. |
Siebold (Von) en Stannius, Handboek der Vergelijkende Ontleedkunde | blz. 609. |
Sleekx, Volksverhalen | blz. 476. |
Sleekx, De Keizer en de Schoenlapper of de gekroonde Leers. Blijspel | blz. 476. |
Snuif (Van der), Over leger en Plaatsvervanging, 1848 | blz. 121. |
Spectator (De Militaire), Tijdschrift voor het Nederlandsche Leger | blz. 121. |
Spectator (De Nieuwe), Krijgs- en Geschiedkundig Tijdschrift voor het Nederlandsche leger | blz. 121. |
Stier (R.), Die Gemeinde in Christo Jesu. Auslegung des Briefes an die Epheser. Erste Hälfte. Ebend. der zweiten Hälfte erste Abtheilung, enthaltend: Grund, Weg und Ziel der Kirche oder votum des Apostel Paulus, Eph. 4, 1-16. Ueber die Einheit des Geistes und Leibes u.s.w. | blz. 357. |
Thackeray, Gedenkschriften van Yellowplush | blz. 355. |
Thaer (A.D.), Grondbeginselen van wetenschappelijken Landbouw | blz. 226. |
Tijdschrift voor Nederlandsch Indië. Jaargang 1849. Uitgegeven door Dr. W.R. van Hoëvell, Iste Aflevering | blz. 245. |
Tijdschrift voor Oudheden, Statistiek, Zeden en Gewoonte, Regt, Genealogie en andere deelen der Geschiedenis van Utrecht | blz. 473. |
Uilkens en Teenstra, Tijdschrift voor algemeene Kunsten en Wetenschappen, inzonderheid Land- en Tuinbouw | blz. 226. |
Uilkens (T.F.), Handboek voor den Nederlandschen Tuinbouw | blz. 226. |
Volks-Almanak, 1849. Drentsche | blz. 221. |
Volks-Almanak, 1849. Utrechtsche | blz. 473. |
Wieseler (Dr. K.) Chronologie des apostolischen Zeitalters bis zum Tode der Apostel Paulus und Petrus. Ein Versuch über die Chronologie und Abfassungszeit der Apostelgeschichte und der paulinischen Briefe | blz. 357. |
Wynne (J.A.), Quaestiones criticae de belli Punici secundi parte priori | blz. 738. |
[tweede deel, pagina I]
DE GIDS. II.
[tweede deel, pagina III]
DE GIDS.
DERTIENDE JAARGANG.
Nieurve Serie.
TWEEDE JAARGANG.
1849.
TWEEDE DEEL.
AMSTERDAM, P.N. VAN KAMPEN.
1849.
[tweede deel, pagina IV]
GEDRUKT BII C.A. SPIN & ZOON.
[tweede deel, pagina V]
INHOUD
julij.
De Statistiek in Nederland, door Mr. S. Vissering | blz. 1. |
Jacob van Heemskerck en vijf en twintig jaren Hollandsche Poëzij, door E.J. Potgieter. (Vervolg van Deel I, blz. 349). | blz. 34. |
Kunst en kunstenaren in Spanje. (Uit het Engelsch) | blz. 72. |
augustus.
Opmerkingen omtrent schilder- en beeldhouwkunst, voornamelijk kerkelijke | blz. 125. |
De oppositie tegen het koloniale stelsel, door Prof. P.J. Veth. (Tweede Artikel) | blz. 157. |
Een avonturier der negentiende eeuw | blz. 194. |
De groote treurspeler. (Naar het Engelsch) | blz. 213. |
september.
Bijdrage tot de kennis der Indische krijgszaken, door W.J. Knoop | blz. 245. |
Iets over de Romeinen, door Dr. C.A. Engelbregt | blz. 305. |
Opmerkingen omtrent schilder- en beeldhouwkunst, voornamelijk kerkelijke, door Dr. Henry Riehm. (Vervolg en slot van blz. 156) | blz. 329. |
Angela en la Badoni. (Rijnherinnering), door J.A. Alberdingk Thym | blz. 352. |
[tweede deel, pagina VI]
october.
Hongarije en de Hongaren. (Een geschiedkundig-statistisch overzigt), door Mr. W.R. Boer | blz. 397. |
De geschiedenis van Sumatra, door Prof. P.J. Veth. (Eerste Artikel) | blz. 437. |
Jacob van Heemskerck en vijf en twintig jaren Hollandsche Poëzij, door E.J. Potgieter. (Vervolg en slot van blz. 71). | blz. 461. |
Staatkundige beschouwingen | blz. 487. |
november.
De geschiedenis van Sumatra, door Prof. P.J. Veth. (Tweede Artikel) | blz. 529. |
Iets over het Kawi en de Javaansche Poëzij, door Dr. J. Pijnappel, Gz | blz. 601. |
Het schaakspel | blz. 613. |
Staatkundige beschouwingen | blz. 640. |
december.
De geschiedenis van Sumatra, door Prof. P.J. Veth. (Derde Artikel) | blz. 677. |
Lourens Janszoon Coster, Johan Guttenberg en Peter Schöffer, door Dr. J.I. Doedes | blz. 705. |
Bijdrage tot de geschiedenis der Arabieren, door Dr. R. Dozy. | blz. 742. |
Staatkundige beschouwingen | blz. 771. |
Bibliographisch album | blz. 110, 373, 509, 668, 800. |
errata.
Blz. 6 (noot) reg. 7 v.o. staat: Apollo; lees: Apella. |
Blz. 155 reg. 10 staat: Vader (als Schepper) en persoonlijkheid lees: Vader (als Schepper en persoonlijkheid) |
Blz. 155 reg. 22 staat: historisch-geschiedkundigen zin lees: geschiedkundig-psychologischen zin. |
Blz. 155 reg. 36 staat: natioanale lees: nationale. |
Blz. 310 reg. 13 v.o. staat: en ook later de Zweden, lees: en ook later; de Zweden. |
Blz. 413 reg. staat: Maria Theresia en onzen Koning; lees: Maria Theresia, onzen Koning. |
[tweede deel, pagina VII]
REGISTER
der in dit deel behandelde werken.
Amshoff (G.H.), Eene Bijdrage ter genezing en afwering van den Oost-Indischen Braakloop | Blz. 525. |
Beschouwingen over de Emancipatie der Slaven in Nederl. (Oost) Indië, zoodanig als die is voorgesteld in de Verhandeling van Dr. W.R. van Hoëvell. Door een ingezeten van Java | Blz. 157. |
Boer (P.A. de), Krijgs- en Geschiedkundig Overzigt van den Punjab, de Natie der Seiks en het rijk van Lahore | Blz. 245. |
Bogaers (A.), De togt van Heemskerk naar Gibraltar | blz. 34, 461. |
Bosdijk (J.F.), Gedenkschrift der Inhuldiging van Z.M. Willem III. | blz. 395. |
Carlyle (Th.), De Fransche Omwenteling. Een geschiedkundig tafereel. | blz. 519. |
Caussin de Perceval, Essai sur l'histoire des Arabes avant l'Islamisme, pendant l'époque de Mahomet et jusqu'à la réduction de toutes les tribus sous la loi musulmane | blz. 742. |
Cherbuliez (A.E.), Eene portie schildpadsoep | blz. 803. |
Christelijke (De) Harp | blz. 124. |
Conrad (F.W.), Verspreide Bijdragen | blz. 505. |
Diggelen (B.P.G. van), De Zuiderzee, de Friesche Wadden en de Lauwerzee, hare bedijking en droogmaking | blz. 668. |
Hoëvell (Dr. W.R. van), De Emancipatie der Slaven in Neêrl. Indië. | blz. 157. |
Hoëvell Bedenkingen tegen de Mededeeling van den Minister van Koloniën aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal omtrent den verkoop van Landen op Java | blz. 157. |
Iets over de vermindering van Briefport | blz. 673. |
Jager (A. de), Archief voor Nederlandsche Taalkunde | blz. 513. |
Jansen (M.H.), De Zeemagt, 2de Stuk | blz. 110. |
Junghuhn (Franz), Die Battaländer auf Sumatra | blz. 437, 529, 677. |
Korthals (Dr. P.W.), Topographische schets van een gedeelte van Sumatra | blz. 437, 529, 677. |
Kramers (J.), Geographisch-Statistisch-Historisch Handboek | blz. 675. |
Lulofs (Mr. B.H.), De declamatie of de kunst van declaméren of recitéren en van de mondelijke voordragt of uiterlijke welsprekendheid in het algemeen | blz. 800. |
Mars, Jaarboekje voor het Nederlandsche Leger, 1849 | blz. 396. |
[tweede deel, pagina VIII]
Meijer (H.A.), Heemskerk | blz. 34, 461. |
Michiels (A.V.), Neêrlands Souvereiniteit over de schoonste en rijkste gewesten van Sumatra | blz. 437, 529, 677. |
Müller (Dr. Salomon), Bijdrage tot de kennis van Sumatra, bijzonder in geschiedkundig en ethnographisch opzigt | blz. 437, 529, 677. |
Munnich (J.), Dit deden onze vaderen in de vorige eeuw aan het volksonderrigt op Ceylon; wat staat ons, Nederlanders, thans vooral op Java te doen? Uit het Engelsch vertaald en voorgedragen in de vriendenvereeniging Musis te Batavia | blz. 157. |
Munnich (J.), Opleiding van Javaas bevolking tot Christelijke beschaving. Voorgedragen in de vriendenvereeniging Musis te Batavia. | blz. 157. |
Noordziek (J.F.), Het geschilstuk betrekkelijk de Uitvinding der Boekdrukkunst, geschiedkundig uiteengezet | blz. 705. |
Nijhoff (J.A.), Bijdragen voor Vaderlandsche Geschied- en Oudheidkunde, VII, 1 | blz. 124. |
Roorda van Eysinga (P.P.), De Brata Joeda of de krijg der Bharatas. Metrisch overgezet | blz. 601. |
Smaasen (W.), Gronden der Hoogere Algebra | blz. 373. |
Sterk (A. Elink) Jr., Oud en Nieuw. Nasporingen en opmerkingen ter zake van de Heemraadschappen | blz. 394. |
Stuers (De), Gedenkschrift van den Oorlog op Java | blz. 245. |
Stuers (Jhr. H.J.J.L. de), De vestiging der Nederlanders ter Westkust van Sumatra | blz. 677. |
Swieten (Van), Krijgsverrigtingen tegen het eiland Balie in 1848. | blz. 245. |
Temminck (C.J.), Coup d'oeil général sur les possessions Neêrlandaises dans l'Inde Archipélagique, T. II. (Sumatra et Bornéo). | blz. 437, 529, 677. |
Tijdschrift voor Nederlandsch Indië, Jaarg. 1849, Aflev. 1-6. Eerste Deel. Uitgegeven door Dr. W.R. van Hoëvell | blz. 157. |
Vries (A. de), Arguments des Allemands en faveur de leur prétention à l'invention de l'Imprimerie | blz. 705. |
Vries (A. de), Eclaireissemens sur l'histoire de l'Imprimerie | blz. 705. |
Warnasarie, Indisch Jaarboekje, 1849 | blz. 116. |
Wette (W.M.L. de), Gedanken über Malerei und Baukunst, besonders in kirchlichen Beziehung | blz. 125. |
Zetternam (E.), Mijnheer Luchtervelde. Waarheden uit onzen Tijd. | blz. 527. |