Kroniek van de abdij van Sint-Truiden. Deel 2. 1138-1558
(1988)–Anoniem Gesta abbatum Trudonensium– Auteursrechtelijk beschermdGesta van abt Hendrik van Waelbeke1. 1272In 1272, terwijl de twist tussen Richard, graaf van Cornwall, en de koning van Castilië aangaande het koningschap in Alemannia nog voortduurde, terwijl te Luik Hendrik, broer van de graaf van Gelre, de leiding had, werd dom Hendrik van Waelbeke tot abt verkozen; hoewel van voorname afkomst, was hij een eenvoudig man. | |
Inlassing.In datzelfde jaar werd een inwoner van Piacenza uit het geslacht van de Visconti, in die tijd aartsdiaken te Luik, tot paus verkozen; hij nam de naam Gregorius X aan.Ga naar eind74 Hendrik, zoon van de graaf van Gelre, die nog samen met hem kanunnik was, had hem vroeger eens beledigd door hem met een palm in het gelaat te slaan. Toen Visconti nu tot paus was gezalfd, schreef hij Hendrik, die reeds verscheidene jaren de kerk te Luik leidde, een vaderlijke brief, hem aanmoedigend dat hij zijn best zou doen om, de fouten vermijdend, vooruit te gaan op de weg van de deugd.Ga naar eind75 | |
1273 Inlassing.In het volgende jaar werd Rudolf I, graaf van Habsburg, met algemene instemming van de kiesgerechtigden in het Rijk tot Rooms-koning verkozen en te Aken gekroond.Ga naar eind76 Hij slaagde erin om Alemannia, dat erg in de verdrukking was gekomen, zijn vroegere luister weer te geven. | |
Inlassing.In datzelfde jaar trok Jan, hertog van Brabant, met een tal- | |
[pagina 113]
| |
rijk leger ten aanval tegen het bisdom Luik; te Zoutleeuw sloeg hij zijn tenten op bij een moeras, in de volkstaal ‘'t Venne’Ga naar eind77 geheten. | |
2. 1274In het jaar 1274, dat is tijdens het derde jaar van zijn pontificaat, kwam Gregorius van Rome naar Lyon, waar hij een concilie belegde ter voorbereiding van een tocht naar het Heilig Land. Benevens vele andere bisschoppen was ook Hendrik van Gelre daar aanwezig, de bisschop van Luik, die een persoonlijke uitnodiging had ontvangen. Toen dit bekend raakte bij de Luikenaren en de leiders van andere steden, stuurden ze een afvaardiging naar Lyon en beschuldigden er de bisschop wegens zijn hooghartig optreden. Hij werd bij paus Gregorius ontboden; bij dat onderhoud waren befaamde theologen aanwezig: Thomas van Aquino van de Orde der Predikheren, en Bonaventura van de Minderbroeders; de bisschop anderzijds moest alleen verschijnen, want zijn gevolg van edelen werd niet toegelaten. Er werd hem ter bespreking een boek voorgelegd, maar men kwam tot de ontdekking dat hij ongeletterd was; hij werd dan uit zijn bisschopsambt ontzet, moest zijn ring afgeven en kreeg de wenk zich terug te trekken. Dit viel voor tijdens het zevenentwintigste ambtsjaar van de afgezette Hendrik. Beschaamd keerde hij huiswaarts; in het hele bisdom liet hij de bisschoppelijke burchten bezetten. In hetzelfde jaar nog, tijdens het concilie van Lyon, werd Jan van Edingen, bisschop van Doornik, door paus Gregorius overgeplaatst naar Luik;Ga naar eind78 ook het abbatiaat te Stavelot werd aan hem toevertrouwd, want ook dat was aan genoemde Hendrik ontnomen. | |
22 juli 1275 Inlassing.In het volgende jaar, op de feestdag van Maria Magdalena, werd een plechtige processie gehouden, waaraan heel de bevolking uit de stad en velen uit de omliggende dorpen deelnamen en waarin het schrijn van de HH. Trudo en Eucherius met veel godsvrucht en eerbied werd meegedragen. | |
Inlassing.In hetzelfde jaar trok door Maastricht een processie met het schrijn van Sint-Servaas; toen de menigte het midden van de brug had bereikt, begaf deze het en driehonderd mensen verdronken in de Maas.Ga naar eind79 | |
1276 Inlassing.In 1276 staken Gwijde, graaf van Vlaanderen, en Jan, hertog van Brabant, met hun troepen talrijke dorpen in het bisdom Luik in brand. In hetzelfde jaar rukten de inwoners van Hoei samen met Dinantezen het graafschap Namen binnen en legden vele dorpen in de as.Ga naar eind80 | |
[pagina 114]
| |
3. 1277In 1277, tijdens het zesde jaar van Hendriks abbatiaat, wilden zijn broers en familieleden vrij beschikken over de goederen van onze abdij; daar hijzelf maar kleinmoedig was en hen niet in toom kon houden, werd hij dan ook elke dag opnieuw door het convent met klachten lastig gevallen tot hij eindelijk afstand deed van het abbatiaat in handen van zijn ordinarius Jan, bisschop van Luik. |
|