Germania. Jaargang 3(1900-1901)– [tijdschrift] Germania– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 58] [p. 58] Groet aan den Rijn Op den Rijnstroom zal ik varen, Daar waar berg en burchten staren. Beelden zie ik hier verrijzen, Die den vijand nog doen ijzen. U, Germaanschen Rijn, mijn groet Uit mijn Vlaamsch-Germaansch gemoed. Ik herdenk de zegedagen, Toen wij hen verpleten zagen, Die 't Germaansche land beloerden, In hun schild het rooven voerden Van den ouden Duitschen vloed, Eeuwen lang getrouw behoed. Waar Germaansche klanken vloeien, Doet gij trotsch de ziel ontgloeien, Edel beeld der zegepralen; Moog' de zonne u mild bestralen; Rijs, Germania, in pracht, Gansch 't Germanedom houdt wacht. Niederwald, 6 Augustus 1900. Omer Wattez. Vorige Volgende