immer aan gehouden, bij een vijandelijken inval der inboorlingen of bij een veldtocht, naast haar gemaal te staan. Zij hanteert zoo goed een geweer als de beste Burger, doch op het slagveld ziet men haar meestal als verpleegster werkzaam. Haar eerste zorg is, dat haar man alles vlug bij de hand hebbe: zij verzorgt zijn tent, kookt het eten en tracht hem het alles zoo gemakkelijk mogelijk te maken. De Boeren zijn er dan ook aan gewoon, haar dikwijls aan de deur der tent van hun generaal te vinden, zich onledig houdend met aardappelen schillen of koken. Den overigen tijd gebruikt zij om gewonden te verplegen, en menig Burger is, stervend, door haar moederlijk verzorgd en getroost geworden. ‘Tante’ Joubert staat haar man met raad en daad bij. Men beweert zelf, dat het gevecht bij Majuba, dank zij haar raad, ten gunste der Boeren uitviel. Reeds dikwijls verkeerde zij in levensgevaar, doch, wanneer zij weet dat haar ‘Piet’ in 't vuur is, vergeet zij alle eigenbelang.
Onder de andere dappere vrouwen die mede ten oorlog trokken, dient vooral prinses Salm-Salm genoemd, die reeds een leven vol gevaren en romantische avonturen leidde. Zij is de dochter van een Amerikaansch overste en met prins Felix, van het duitsche stamhuis Salm-Salm, gehuwd geweest. Toen haar man als vrijwilliger meêvocht in den Amerikaanschen burgeroorlog, bekwam zij zelf, van den Gouverneur Yates in Illinois, de volmacht en bezoldiging van een overste. De briefwisselaar van de ‘Times,’ uitsluitend voor den oorlog afgezonden, schreef toen 't volgende over haar: ‘De tint van haar wezen is als die van olijf en zij heeft pikzwart haar. Zij heeft een zacht, rond voorhoofd, fijne wenkbrauwen, groote lichtblauwe oogen waarin humor ligt, een mooien neus en een tamelijk grooten mond met koraalroode lippen.’ De prinses was immer aan de zijde van haar man, zelfs in 't heetste van het gevecht. Zij vergezelde den prins in den Mexikaanschen oorlog en waagde meermaals haar leven voor den ongelukkigen Maximiliaan. Ook na den dood van haar man, die bij Gravelotte gesneuveld was, verliet de prinses het slagveld niet en verpleegde de gewonden in de lazaretten.
In den Spaansch-Amerikaanschen oorlog volgde de vrouw van den oversten Stotsenberg eveneens haar man. Toen de strijd bij Manila het heetst was, wekte haar dapperheid ieders bewondering. Zij verdroeg vrijwillig de gevaren van een gewoon soldaat. Zij nam aan vele gevechten deel en verpleegde de gewonden onder hevig geweervuur. Uren lang soms, lag zij met de soldaten in de loopgrachten en versmaadde het, zich te verschuilen wanneer de kogels om haar hoofd floten, en meer dan eens nam zij het geweer van een gevallen soldaat om een vijand neêr te schieten..
Als ‘de dapperste soldaat gedurende den Amerikaanschen burgeroorlog’ werd Mrs Seelye genoemd, die onlangs in Texas gestorven is. Gedurende den oorlog vocht zij onverschrokken in vele veldslagen, verpleegde in den nacht de gewonden en werd dikwijls als bode gebruikt, waarvoor zij bijzonder geschikt scheen.
***
Tweede Nederlandsch Philologencongres. - Volgens besluit van het eerste Nederlandsch Philologencongres te Amsterdam (1898), zal het tweede Congres gehouden worden te Leiden, op Dinsdag, Woensdag en Donderdag na Paschen van het jaar 1900.
Voor de verschillende secties hebben sprekers reeds hunne medewerking toegezegd. Toetredende Congresleden zullen, of eenigen academischen graad in de letteren of den titel van leeraar M.O. in de letteren moeten bezitten. Als bewijs van lidmaatschap zal eene kaart worden uitgereikt tegen eene contributie van f 3.