De Gemeenschap. Jaargang 12(1936)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 608] [p. 608] Jan Engelman Bij de Spaansche kribbe Wie, wie zal nog op. u aadmen? Menschen liggen in den dood. Gij, die alles kunt omvaadmen: waarom is het leed zoo groot? Waarom wordt de goede Abel door den eigen broer geveld en herbouwt men altijd Babel, met zijn wellust, met zijn geld? Niemand weet het, want de gieren vreten in het eigen hart - alle mensch is bij de dieren als de drift zijn ziel verwart. Maar een dier is nog te streelen en weer vredig, ongetergd, zal het zelfs zijn leger deelen dat geen arglist meer verbergt. Komt nu, ezelen en ossen, ademt op het kleine Kind dat de wereld kwam verlossen en kastijdt wat Hij bemint. Laat uw adem op Hem blazen tot Zijn kindschap overzweeft, tot wij in die weide grazen waar geen mensch voor 't mensch-zijn beeft. Vorige Volgende