De Gemeenschap. Jaargang 10(1934)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 904] [p. 904] Jef Truyts Vers voor 't Kerstekind In de gapende muil van koude kerstnacht door de wanhopig-eindelooze sneeuwvlaag komt Gij midden ons. Dag van warme binnenkamers en blijde kinderkreten en naief weergevonden geluk. Geen rijkdom kent ge en ook geen rijken. Maar wij zijn arme stakkers die alles hebben kwijtgespeeld. Wij hebben niets om U te geven niets als de grauwe kei van ons hart gerukt uit de starre vervrorenheid van ons gemoed: armer nog dan de blinde die speelde voor U een houterig lied op zijn schalmei. Nu voortaan hebben we U en dat maakt ons eeuwig rijk. Vorige Volgende