De Gemeenschap. Jaargang 10(1934)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 903] [p. 903] To Hölscher Kerstcommunie O Kindeke, Kindeke - Zoo klein en broos, dat mijn hart van vrouw Ach zoo gaarne! alle kwaad van je weren zou, En je dragen in veilige armen, En je huiverende kleinheid verwarmen, En over je waken, zoo teeder en trouw. O, Kindeke - En dan te bedenken, hoe alle kwaad Je is als een slag in je zacht gelaat Van weerloos kind - dat te wèten, En het immer wreed te vergeten - O Kindeke, dat je me nog niet háát! O Kindeke, Kindeke - Dat mijn boosheid kent, en me tòch maar mint, En gelooft aan mijn liefde als een argloos kind, En je geeft met zoo roerend vertrouwen: Och, 't zal je niet wèder berouwen - Zie, of ge 't niet goed in mijn harte vindt. Vorige Volgende