De permanente twisten over de belijdenis zijn uiteraard voor de protestantsche kerken van urgenter belang dan de vraagstukken die ter wereld rezen aangaande den oorlog. En even wisselvallig als de meeningen over het groote twistpunt, even uiteenloopend zijn de gevoelens, nu dan de oorlogs-vraag aan de orde is gekomen.
Vijf geleerden, theologen van reputatie in protestantschen kring, hebben op uitnoodiging van de Commissie tot versterking van het kerkelijk leven in de Ned. Herv. Gemeente te Utrecht een serie lezingen over het onderwerp ‘Kerk en Oorlog’ gehouhouden. De commissie is daarbij niet eenzijdig te werk gegaan doch liet het vraagstuk van verschillende kanten belichten; wij zullen hier niet de vraag stellen of deze genuanceerdheid niet voornamelijk een gevolg is geweest van de bestaande ‘veelzijdigheid’ der meeningen in de N.H. Gemeente. Het woord werd gevoerd zoowel door sprekers, die geen direct en concreet standpunt verdedigden, als ook door anderen die radicaler waren.
Dr. J.F. Beerens, voorzitter van de commissie, die het initiatief nam tot de voordrachten, leidt de sprekers vlot in en beëindigt zijn introductie aldus:
‘Wij waren zoo gelukkig zeer bevoegde en betrouwbare inleiders bereid te mogen vinden de behandeling dezer onderwerpen (het vraagstuk was nader verdeeld, v.O.) op zich te nemen, waarvoor wij hen ook hier nog eens hartelijk dank zeggen. Ons doel met deze lezingen was de gemeente van Christus tot bezinning te brengen; allerlei misverstand weg te nemen, klaarheid te scheppen in twijfel, doch bovenal mede te helpen tot het vormen van een eigen persoonlijke overtuiging, zoodat ieder Christen voor zichzelf in deze heel zeker weet, wat God van hem eischt’
Deze doelstelling verlokt tot luisteren, eischt belangstelling, maar biedt dan ook volkomen de gelegenheid om het resultaat te vergelijken met den ge-uiten wensch. Na het luisteren en de geschonken belangstelling kunnen wij wel zeggen, dat de conclusies alle ver beneden de bedoeling van bezinning-wekken, misverstand-wegnemen, verheldering-brengen en overtuiging-vormen gebleven zijn.
De eerste voordracht werd gehouden door Professor Obbink, die in een historisch-philosophisch overzicht ‘De oorlog in het Oude Testament’ behandelt. Hij komt tot de volgende schematische uitspraak ten aanzien van onzen tijd:
‘We zien dus drie fazen in den ontwikkelingsgang van den Oud-Testamentischen oorlog.
1) | in letterlijken zin: oorlogen des Heeren. |
2) | in werkelijkheid: menschelijke strijdlust (sedert het koningschap). |
3) | de profetische invloed en de ballingschap leeren den oorlog verfoeien. |
Welke van deze drie zal onze maatstaf zijn? Het eerste kàn niet: onze