Timmermans en eenige anderen vertalingen gekomen, zij hebben niet ingegrepen in de wereldlitteratuur, zooals b.v. Sienkiewicz, Strindberg, Knut Hamsun.
Doch wanneer wij overtuigd zijn, en dat op goede gronden, dat hier geen absolute minderwaardigheid in het spel is, maar een ongelukkig fatum, dat wij niet kunnen ontloopen, zal ons opgesloten-zijn in de binnenkameren van onze nationaliteit ons niet ontmoedigen. Er kleeft n.l. aan onze litteratuur iets speciaals, een sentiment, waarin vreemden geen smaak vinden, dat hun tegenstaat, dat niet bij hen ingaat en waarin zij zich niet kunnen ophouden. Als voorbeeld noem ik Sarah Burgerhart.
Bij mijn binnengaan in de Hollandsche litteratuur heb ik, die ben geboren onder den Noord-Duitschen Bond en in mijn kinderjaren onder de Fransche cultuur stond, mijn tegenzin tegen dit Hollandsche sentiment moeten overwinnen. Ik meen, dat dit de reden is, waarom ik de plaats onzer litteratuur tusschen de overige Europeesche beter begrijp dan de meeste Nederlanders.
De Limburger van een halve eeuw geleden heeft te kampen gehad met twee of drie talen, het Fransch, het Duitsch en het Nederlandsch. Ik meen, dat hij beter in staat is de draagkracht van het Nederlandsch te omvatten dan de geboren Hollander, al is deze een artiest van den eersten rang in zijn eigen taal. Hij staat tegenover het Hollandsch meer onafhankelijk en het sentiment daarvan is hem meer duidelijk en bewust.