De Gemeenschap. Jaargang 6(1930)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 287] [p. 287] Bernard Verhoeven Pierrot Toen heeft dit late, onverhoorde hart Zijn kinderdroom hartstochtelijk gevraagd. Roekeloos. En een hand grijpt naar een smart, Die alle wanhoop der vergeefschheid draagt. Een eeuwig onvervuld verlangen zijn, Dat nòg een smeeken hief. Star werd. En stond Recht op: Pierrot. Een blind-verbeten pijn. Een eenzaam mensch, en weerloos en gewond. De laatste sneeuw der bloesems woei zijn kil Gelaat voorbij. En de herinnering. Maar hij was onherroepelijk wit en stil. Zwijgen, woestijnzand en vertwijfeling. Vorige Volgende