Otto van Rees
De barbaren trokken in wild heimwee over de Alpen om van de grauwe misten los te geraken en van de eigen duisternis in bloed en ziel. Vreemd is immer de tocht van ons hart als wij denken aan het land, bezoomd door blauwe zeeën en bestraald door een milder zon dan de onze. Zij en wij: op zoek naar orde, klaarheid, harmonie - in het zichtbare en het onzichtbare.
Het Zuiden kende niet ‘de middeleeuwen’, zooals het Noorden die brandend en legendarisch heeft bezeten, al te romantisch door zwakker tijden omfabeld vaak, maar toch: hoe groot! hoe hoog van niveau tegenover ònze gespletenheid! Het heroïsch gebaar, de middelpuntvliedende kracht van de gothiek was tot heden de voornaamste bijdrage van het Noorden aan het veelkantig gebouw der christelijke beschaving. In het Zuiden schoot zij nimmer goed wortel, hier sleep men nieuwe en dieper naar de kern glanzende facetten aan het helleensch kristal en joeg er soms de felle regenboog door van Byzantium. Een enkele stad kon er, eerder dan in het Noorden waar de individualiteiten sterker op zelfbehoud bleken bedacht, een gansch persoonlijke cultuur scheppen. Het is een andere wereld: er is een antithese tusschen ginds en hier. De schilders nemen dit sterk waar en niet het minst als zij komen in de streken waar land en volk door een zeer diepe kerstening de harde kanten van het caesarisme verloren, waar de kleuren blijer en inniger worden en de locale sfeer het patriarchale en vertrouwde wint van een goeden landwijn. Misschien is nimmer zuiverder de mogelijkheid van subliem levens-evenwicht in het katholicisme uitgedrukt dan in de dolce stil nuovo van de Italiaansche trecentisten.
Otto van Rees heeft iets in zijn ziel, een teederheid, een behoefte aan zonnige onverstoorbaarheid, dat hem in zulk een sfeer op zijn plaats brengt. Hij reisde vele malen, en langdurig, in het Noorden van Italië. Een verfijning van gevoel, een omfloerste spiritualiteit, zoeken dan uitdrukking in een bedeesd modern klassicisme, met objectiviteit van vorm, sober materiaalgebruik, lichte gamma's: er is een neiging tot het rulle karakter van het fresco. Het ‘Italiaansch Meisje’ en ‘Het Blauwe Venster’ zijn er voorbeelden van - zijn tentoonstelling in het Stedelijk Museum te Amsterdam geeft er meerdere.
JAN ENGELMAN