De Gemeenschap. Jaargang 1(1925)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 197] [p. 197] Met wondre dingen .... Met wondre dingen zijn wij bezig, elk van ons. Een die verliefd is op de klare klank zoekt gans zijn leven naar 't geheim van de Kremoner die violen bouwde als kielen onderdanig aan de vloed: Muziek! Een ander timmert zich in 't klein een boot naar het model van deze die wij meermaals zagen in stuwadoorskantoren, onder stolpen of in smalle glazen; zijn geest toeft onophoudelik in verre streken, aâmt onder bloesemgeur-doortrokken luchten, zijn hart is vol van de geruchten die geven eigen klank en wezen 't leven dat men leeft aan boord in volle zee. Hij is op reis altijd, doch maakt geen enkle reize mêe! Nòg andre zijn er die te snijden pogen uit het ruwe blok een beeld der Hemelmaagd. Wanneer zij komen aan de trek Haars monds die tot in de ogen hijst een tinteling van lach - lijk boven blanke stroom de vlam-wiek van een vlag! - schiet úit hun beitel, en het blijde werk blijft eeuwig te herdoen! Somtijds is vrees in ons: dat vóór voleind, vóór feilloos afgewrocht zal zijn wat ons te maken is gegeven, een wrede kwaal ons tergt met handen-beven; of erger nog: Dood zelf ons 't werktuig uit de handen slaat! En wij vergeten, dat wen God de slagboom laat omhoog-gaan die de scheidslijn trekt tussen ons klein bestaan en de eeuwigheid, alreeds een nazaat, in de wankele tijd, met ons gerief aan d'arbeid is gezeten. Want wij zijn schakel slechts, niet keten! WIES MOENS. Vorige Volgende