't Geestelijck kruydt-hofken
(1657)–Anoniem Geestelijck Kruydt-hofken– Auteursrechtvrij
[pagina 487]
| |
Op de wijse: van den 34. Psalm, De vier eerste Regels,
MYn Ziel in Gode rust;
Gode in my, van eeuwigheydt:
Geen dinck my vande liefde scheyt,
Mijn Ziele wordt gekust.
In 't ware wesen reyn
Is mijn gemoed altijdt verheught,
Met een lieff'lijk en bly geneucht
Stae ick op God alleyn.
Hy is mijn Borcht, mijn Steen,
Mijn heyl mijn bystand in der noodt,
Mijn kracht en al mijn sterckte groot;
Hy ist en anders geen.
Wel hem die op hem bout,
Die en sal nimmermeer vergaen,
Maer eeuwighlijcken blijven staen:
Sijn kracht haer onderhoudt.
|
|