Gheestelijcke Harmonie(1722)–Anoniem Geestelijcke harmonie– AuteursrechtvrijVan veel-der-leye en uyt-gelesen, soo Oude als Nieuwe, Catholijcke kerckelijcke Lof-sanghen, Leysenen, ende Liedekens op die principaelste Feesten ende Getijden des Jaers, die men in't Vorstendom Cleven by den Catechismus singht Vorige Volgende X I I. Dies est laetitiae. DEn dag die soo vreugden rijck Allen creaturen: Godes Soon van Hemelrijck, Boven die naturen Van eener jonck-frouw is geboren, Maria gy zijt uytverkoren Dat ghy Moeder wordest, Wat geschach soo wonderlijck, Godes Soon van Hemelrijck Die is mensch gebooren. Een kindeken soo loffelijck, Is ons geboren huyden, Van eener Jonck-frou suyverlijck, Tot troost ons armen luyden Waer ons dat kindeken niet geboren, Soo waren wy altemael verloren Dat heyl is onser alle. [pagina 23] [p. 23] En ghy soete Jesus Christ, Die ghy mensch geboren bist Behoet ons voor die helle. Als die Son doorschijnt dat glas, Met haren klaren schijne En doch niet verseeret das, Soo merckt algemeyne, Gelijcker-wijs geboren wardt Godes Soon heel reyn en zart Van seer grooten weerden, In die krib wert hy gelegt Is seer arm ende slecht, Hier op deser eerden. In den Stal wert huyd geboren, Die schoon klaerheyt der Sonnen In een krib werd huyd erfaeren, Onses herten wohnnen Sy bidden hem de armelijn, Daer door geschapen die sternen zijn, In den Hemel daer boven, Saligh zijn die borsten fijn, Soo dit kleyne kindekijn, Lieflijck heeft gesongen. De Herders op den vel waren, En hoorden des' nieu mare Van der Engelen scharen, Waer Christus geboren ware, Een Koninck boven alle Koningen groot Welck den Herodes verdroot Hy sant uyt sijne boden, Siet wat eenen valschen list Erdacht hy tegen Jesum Christ, Die kinder liet hy dooden. Vorige Volgende