Geestelijcke harmonie
(1637)–Anoniem Geestelijcke harmonie– Auteursrechtvrijvan veelderley ende uytghelesene soo oude als nieuwe Catholijcke Kerckelijcke Lofsanghen, Leysenen ende Liedekens, op die principaelste Feesten en getijden des Iaers, die men in’t Vorstendom Cleve by den Catechismus singht
[pagina 104]
| |
Den Heylant aengesien,
In eenerhoftien kleyne,
Sijn ware vleesch en bloet,
Wie dat va herten gelovet,
Ist sijner sielen goet. Kyrie eleison.
Den wy gesien met oogen,
Iesum die ons erlooft,
Dit vatten wy in geloven
En sijn heel wel ghetroost,
Als wy van hier gaen scheyden,
Nemen dit Sacrament,
Verlost vant eewig lijden,
En komen in Godtes hend. Kyrie eleison.
Het is der Sielen spyse
Daer door sy wordt erneert,
Onergrontlicker wijse,
En blijft doch onverteert,
Het lijf doet het oock laven,
Hoe wel hy moet vergaen,
Werdt wederom verheven,
En ter vreucht opstaen. Kyrie eleison.
Iesu ghy liever Heere,
Ghy alderhoochstes goet,
V sy lof, prijs en eere,
Dat ghy u vleesch en bloet,
Tot eener spijs hebt geven
Dat broot van hemelrijck,
Dat selvigh geeft ons dat leven,
Warer Godt en mensch te gelijck. Kyrie eleison.
O Heer maeckt ons verlangen,
Tot desen Sacrament,
Wanneer wy dat ontfangen
Wt eenes Priesters handt,
In vreden laet ons vaeren,
| |
[pagina 105]
| |
Iesu in namen dijn,
Al tot der Engelen scharen,
En eewigh by u sijn. Kyrie eleison.
|
|