Gard Sivik. Jaargang 6
(1962)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 20]
| |
scheveningen mistin de voorstad van de mist
van mensen als getraind laagwater
lopend gezeten in behuilde zonnebrillen
(het enig kind van de zee
begrepen verdord in haaruitval
leesbaar als een verdronken krant
verzand in een kraag van steen
dus ik: een heerser in een bed van ijzer)
verdrinkend in iets
in een keel met laagstaand bier
achter mij vermoedend
een vriend een gestalte van regen
probeer ik een verantwoord levend hallo
| |
deze dagvan bar en boos spugende bootwerkers
kiezelsteentjes werpen ze
precies in hun verre schoenen!
(de revolutietent als een nauwe huid om.
mijn bevelvoerende schoenen zijn gemaakt
van vlaggen die als spastiese schouderbladen over de stad vlogen
dwz geen kleding, no comment.)
kiezelsteentje, weer raak.
(ik zoek de zon.
op een richel wankelt hij
rolt als een niersteen over de ziekenhuisgang)
lachgas! (tot tranens toe)
| |
[pagina 21]
| |
in zijn hemelhoge motorin zijn hemelhoge motor
vergaat de zieke een krokus in een koffiemolen
in zijn jurk van bier had hij nog graag
een wanstaltig mooie hoed van dollars gevouwen
om zijn hart van asfalt
de slagader van zijn olieaandeel
de speelplaats van zijn ogen
bevolkt met olieslagaders
(een ton zand
is veel voor wie de kleine weelde
van een dagelijkse ziekte
nog niet kan dragen)
wie in het droge water
zijn gouden ledematen zet
begaat een strafrecht van teerwraak en weerwraak
een ziekelijke kunstbloem hangt uit zijn hart
de overspannen vereniging
viert zijn 1000-kilo zware jubileum
zij weten hij weet
uit hun machine loopt het water weg
zodat hij droog zal zijn als goud
een stofhoop als een machtig monument
van grootse onmacht
|
|