Gard Sivik. Jaargang 5
(1960-1961)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 19]
| |
2.Kanker langs het strand, feeërieke schelp
waar hij vandaan komt,
de heilige buik op 4 poten.
| |
3.Dan, tot de schouders in zee,
hoewel in rode sweater en motoren
een vogel van vreemde konstruktie:
zijn veren zijn te zwaar verguld
en ook zijn bril is niet zeewaardig.
| |
4.Altijd hetzelfde liedje, de
Jukebox van de zon tevergeefs
een diepdalend muntje in zee,
ruisend in de schelp waar hij vandaan kwam,
1 koplamp losjes rond de rotsen,
een diepgezonken nachtegaal, geen pianoconcert,
geen enkele architektuur
dan het water
| |
[pagina 21]
| |
Een stukje beschavingAls je mij beter bekijkt:
een rosarium, waarin de ziekte wiedt
een vleugje nachtegaal,
in top
het heilige gewei, al vele jaren eenzaam
De ribben 1 voor 1 bespeeld, vele jaren eenzaam,
die binnen zich een oog bekijkt,
een wormenplaag
in het magere zand waar we wonen;
het bloed dat kruit op een vergane bedding
een stem
een vleesboom bloeiend in de ankers
de kankerverwekkende zee
Omringd door de eeuwige sneeuw,
lopende mannen & vrouwen,
galstenen geslepen op een eeuwig strand -
zo wordt mijn plattegrond een polder
mijn voetstap een rivier
waar wij eeuwig stromen
met kogelgaten
Niets dat dit 1 sterfbed lang
liggend zelfportret
mij nog verbloemt, halfstok hangend
aan mijn eigen lichaam eet ik
zoveel brood dankzij zoveel
revolvers
zo verschrikkelijk
tekeer gaand aan mijn slapen
dat ik wolken zie, wolken die
ik opbak met 1 enkel losgebarsten woord
Ach, ik heb aan deze oevers nu eenmaal
mijn eigen boompjes staan,
in de akkers die ik menselijkerwijs beschrijf
heb ik mijn eigen afval gerooid,
ook in mij heeft zich
niet zonder openbaringen
de beschaving voortgeplant
Hitler Rilke Caesar Presley
allen zijn in mij vertegenwoordigd, hier is alles
waarin ik kan leven
| |
[pagina 22]
| |
nu
schiet maar
ik hoef niets meer te zien om te sterven
ik groei niet meer dan terug naar een urn
en geen vogel die me nog grootbrengt
En, als je me beter bekijkt -
| |
yo yoKonstrukties van sterren antennes bijgelovig
bloed op het vloerkleed onze gevoelige
voetjes vlug & mondjesmaat karakter
als marsepein verbitterd bevelen
onze gebeden ons leven een
biscuitblik op de golf
van biscaye de maan
de lichamen
- hun nachtelijk verkeer -
Zijdelings sta ik, op rijm gezet,
ook ik heb teveel gedronken.
|
|