Gard Sivik. Jaargang 3(1958)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] jan van mastrigt / 3 gedichten [I] hij zocht naar de eenzaamheid voor een verdriet naar een witte hemel zonder sterren en een ogenblik peperscherpe rust een venijnig dier dat zijn vingers zou eten hij zocht naar een driekwartsmaat op aarde om zijn lichaam te meten met de zon zijn lichaam zonder het lotzware hoofd dat hij koel hield onder de maan hij zocht naar een derde planeet voor zijn hart want hij sprak van de veiligheid der sterren (hoewel alleen 's nachts met zijn mond vol aarde en dan nog onherkenbaar door liefde en haat) hij zocht met zijn ogen vol regen en zijn oren een vogelnest schaamte zijn voeten geurend naar zee hij zocht naar een kogelrond strand [pagina 23] [p. 23] [II] ik heb een woestijn gehuurd voor mijn driepotige kameel een palm voor mijn zandige lichaam en alles wat ik deed: vuur slaan uit de horizon of zingen tegen de wind het had een droge donkere weerschijn een langzame dood op de hielen en pas veel later dacht ik: hier kan ik je beminnen tot ik water word en verdamp tot ik wind word en wegwaai [III] ga weg en noem mij niet meer die ik ben een angstige en zeer schuwe ga weg en zeg mij niet meer: je leeft niet en je doodt niet je lichaam (zo vele gedachten reeds door onderhuidse tunnels) is een bleke jongeling die bij zijn ouders blijft zijn moeder de liefde zijn vader een ver visioen en ik zeg onwillekeurig: jouw lichaam een grote boulevard ga weg (de eenzaamheid heeft horens en een staart) en zeg tegen iedereen: ik ken iemand die woont tussen water en lucht die de vissen en vogels verwart en die de geur van de wind en de zee graag ruilt voor een onuitwisbare droom Vorige Volgende