Forum der Letteren. Jaargang 1965
(1965)– [tijdschrift] Forum der Letteren– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 35]
| |
Conradiaanse interraciale vriendschappenIn Conrads eerste roman Almayer's Folly is de Balische kroonprins Dain Maroola de enige vriend van Kaspar Almayer.Ga naar eindnoot1. Daarmede zet dan die nog nimmer aan nauwkeurige beschouwing onderworpen reeks van interraciale vriendschappen in, die zo karakteristiek is voor Conrads in Indonesië spelende werken en die eindigt met de vriendschap tussen King Tom Lingard en Pata Hassim en Immada in The Rescue. Nadat immers Almayer Dain Maroola als vriend verloren maar hem als schoonzoon gewonnen heeft, eindigt zijn leven in de samenwoning met de bij hem ingetrokken Chinees Jim-Eng. Willems in An Outcast of the Islands vindt in Aïssa tijdelijk een vriendin doch niet blijvend een vrouw. In The Lagoon is Arsats ‘white friend’ een ongenoemde blanke, die op zijn beurt ‘liked ... his Malay friend ... well enough to help and ask no questions.’Ga naar eindnoot2. Waar Arsat uit het Buginese rijk Si Dendring (Sidènrèng) komt,Ga naar eindnoot3. hoewel zijn naam en die van Inchi Midah rechtstreeks ontleend zijn aan McNairs boek Perak and the Malays,Ga naar eindnoot4. moet in Arsat een Buginees worden gezien en zijn blanke vriend moet dan geinspireerd zijn op de jonge James Brooke, die in 1840 in Zuid-Celebes heeft rondgereisd, in Sidènrèng is geweest en daar door vriendschappelijke adviezen een eind heeft trachten te maken aan de broederstrijd om de troonsopvolging.Ga naar eindnoot5. De titelheld in Karain neemt de Engelse zeelieden in vertrouwen die in het verhaal voorkomen, en de ‘narrator’ onder hen vindt Karain ‘my very good friend.’Ga naar eindnoot6. Karains broer Dain Matara draagt titel en naam van de Buginees die de jonge James Brooke van Singapore naar Zuid-Celebes bracht, hem daar op zijn reizen begeleidde en goed met Brooke bevriend raakte.Ga naar eindnoot7. Lord Jim is zo bevriend met Dain Waris dat hij er eerder de voorkeur aan geeft hem in de dood te volgen dan te vluchten en te blijven doorleven met zijn vriendin Jewel. Steyn uit Lord Jim leeft in de herinnering aan ‘Friend, wife, child,’ die hij in het Buginese rijk Wadjo had en waarin de voorop gestelde vriend ‘my poor Mohammed Bonso’ is.Ga naar eindnoot8. In The End of the Tether is Van Wyk zo zeer de vriend van de oude sultan van Batu Beru dat de vorst hem als ‘his own white man’ beschouwde en ‘had granted him as much land as he cared to have cleared ... neither more nor less than a fortune.’Ga naar eindnoot9. Daartegenover stond dan dat de bejaarde heerser ook op de meest ongelegen ogenblikken het huis van zijn vriend kon komen binnenvallen. In Because of the Dollars is kapitein Davidson ook weer zo persoonlijk de ‘white man’ van zijn Chinese reder ‘that you couldn't tell if it was Davidson who belonged to the Chinaman or the Chinaman who | |
[pagina 36]
| |
belonged to Davidson.’Ga naar eindnoot10. Axel Heysts bediende Wang in Victory blijft zijn meester trouw tot aan diens zelfmoord en Lingards trouw aan Hassim en Immada in The Rescue blijkt tot na hun dood, wanneer hij mede op grond van gevoelens van schuld over hun heengaan zich van Mrs. Travers distantieert. Zijn deze interraciale vriendschappen door hun veelvuldigheid en intensiteit op zichzelf reeds uniek in de gehele westerse letterkunde betreffende Indonesië, zij zijn mede om andere redenen de aandacht waard. In de eerste plaats immers ademen deze vriendschappen een sfeer van gelijkheid, die vooral in de tijd van voor-, kwart- of half-koloniale verhoudingen waarin zij spelen bijzonder opvallend is. Bij nader onderzoek blijkt nu dat in deze donker-blanke vriendschappen de bruine of gele partner in de meeste gevallen van beduidend hogere sociale status is dan de witte wederpartij, wiens raciale superioriteit, dikwijls genoeg uitgesproken, dan weer het tegenwicht moet vormen tegen het maatschappelijk overwicht van de Aziatische vriend. Zo is Dain Maroola niets minder dan een kroonprins van Bali, wiens huwelijk met Nina Almayer kennelijk geïnspireerd is op het bekende huwelijk van de half-Chinese dochter van een Europese merchant-adventurer - de Deense ‘Koning van Bali’ Mads Lange - met de kroonprins en latere sultan van Johore. Korzeniowski zal in de tachtiger jaren de vele keren dat hij in het vlak tegenover Johore gelegen Singapore is geweest ongetwijfeld van die befaamde echtverbintenis gesloten in de zeventiger jaren gehoord hebben.Ga naar eindnoot11. Het is uiteraard puur toeval dat in 1887, het jaar waarin Conrad het meest door de archipelzeeën heeft gevaren, op het derde Nederlandsch-Indische juristen-congres in Batavia een pre-adviseur, sprekende over het oostelijk deel van de archipel, verklaarde: ‘Huwelijken tusschen inlanders tot de hoogste aristocratie des lands behoorende met meisjes van Europeesche origine behooren hier niet tot de zeldzaamheden.’Ga naar eindnoot12. Maar het lijkt niet meer aan puur toeval doch aan historische kennis van Conrad toe te schrijven wanneer hij in Victory aan de blanke ‘princess of Samburan’ de naam Lena geeft, de naam immers van dat andere meisje van Europese afkomst dat met een radja van Trumon was getrouwd,Ga naar eindnoot13. welk Trumon weer dicht in de buurt lag van het rijkje Tenom in Atjeh, waarin de eerste explorante van Conrads Indonesiana, Florence Clemens, Patusan uit Lord Jim heeft ontdekt.Ga naar eindnoot14. Het omgekeerde kwam ook voor. In Karain is de vorstelijke zuster van de titelheld getrouwd met een Hollandse planter, zoals in Lord Jim de Beierse koopman, avonturier en natuuronderzoeker Steyn met een Wadjose prinses gehuwd is. Beide huwelijken zijn de pendanten van de echtverbintenis tussen de Franse planter Dessonjé, later Dezentjé, met een prinses uit Surakarta op Java, welke verbintenis het reële voorbeeld | |
[pagina 37]
| |
is geweest voor het huwelijk tussen de Franse kok en planter de Luce met een Solose prinses, beschreven in De stille kracht van Louis Couperus.Ga naar eindnoot15. De werkelijke, door John Dozier Gordan ontdekte Daeng Marola,Ga naar eindnoot16. die agent was van de Arabische eigenaar van de stomer Vidar, waarop Korzeniowski stuurman was, kan echter geen zoon van een Balische Anak Agong zijn geweest want dan zou hij ook diens titel hebben moeten dragen en niet de Buginese of Mandarese vorsten- en adelstitel Daeng. Die Daeng Marola, die Korzeniowski in Berau ontmoet kan hebben, moet echter uit het Mandar-gebied afkomstig zijn geweest, want zijn naam is daar nog tot op de huidige dag bekend.Ga naar eindnoot17. Dr. J. Noorduyn, kenner van het Buginees, ben ik dankbaar voor de inlichting dat marola ‘volgen’ betekent en zeer wel denkbaar is achter een Daengtitel. Marola is tenslotte ook een term voor een huwelijksplechtigheid ten huize van de vader van de bruidegom. Deze term wordt echter ook wel symbolisch gebruikt ter aanduiding van een soortgelijke plechtigheid ten huize van de vader van de bruid als de bruidegom te ver van zijn ouders afwoont of om andere redenen verhinderd is het marola-ceremonieel in zijn ouderlijk huis te laten voltrekken.Ga naar eindnoot18. Arsat en zijn broer uit The Lagoon zijn geen gewone mensen uit het volk, want Arsat zegt ‘we were men of family, belonging to a ruling race.’Ga naar eindnoot19. Karain is een Makassaarse adelstitel en de hoofdfiguur in het verhaal van die naam alsmede zijn broeder Dain Matara en hun zuster zijn van vorstelijken bloede. Dain Waris en zijn vader nakhoda Doramin, die getrouwd is met een Maleise prinses, zulks op het voorbeeld van het huwelijk van de Buginese nakhoda Trong met de Maleise prinses Inche Maidah gememoreerd door McNair in Perak and the Malays,Ga naar eindnoot20. zijn van hoge Buginese adel evenals Steyns vriend Mohammed Bonso, wiens zuster immers een prinses is, terwijl hun moeder zelfs een regerende vorstin was.Ga naar eindnoot21. Dit laatste was een in Zuid-Celebes wel meer voorkomend verschijnsel, waarvan Conrad op de hoogte moet zijn gebracht door de door hemzelf als lectuurbron erkende en ook gebruikte dagboeken van James Brooke, gepubliceerd door Mundy en anderen.Ga naar eindnoot22. De oude sultan van Batu Beru, dat op Sumatra's Oostkust moet worden gelokaliseerd omdat het later een bloeiende tabakstreek wordtGa naar eindnoot23. en daar de plaats Batu Bara ligt, is een Maleier, maar dan toch de meest vorstelijke Aziatische vriend in Conrads interraciale vriendschappen. Davidsons Chinese werkgever in Because of the Dollars is zo rijk dat hij voor zijn ‘white man’ in Glasgow een nieuw schip bestelt.Ga naar eindnoot24. Pata Hassim in The Rescue tenslotte is ‘the nephew of one of the greatest Chiefs of Wajo’, die voor langere tijd zelfs de gast is geweest van de sultan van Ternate, wat toch alleen mogelijk is voor lieden van hoge adel.Ga naar eindnoot25. Met deze hooggeplaatste vrienden contrasteren de bedienden der blanken, die dan ook veelal onbelangrijke rollen vervullen. Almayers | |
[pagina 38]
| |
wat Engels sprekende bediende Ali - waarschijnlijk geïnspireerd op Alfred Russel Wallace's ‘Borneoan lad’Ga naar eindnoot26. Ali; Tuan Jims Tamb' Itam - van Tambi Itam, de zwarte Kling;Ga naar eindnoot27. Heysts Wang en Lingards Haji Wasub in The Rescue lijken allen van eenvoudige afkomst. Een tweede kenmerk van de hier besproken interraciale relaties is wel dat de mannen òf niet òf ongelukkig getrouwd dan wel weduwnaar zijn. Zo wordt Arsat in The Lagoon weduwnaar en Steyn en Cornelius zijn dat in Lord Jim, evenals Whalley in The End of the Tether. Almayer en Willems zijn ongelukkig gehuwd, evenals Davidson in Because of the Dollars. Jörgenson in The Rescue leeft in concubinaat en Willems' vrouw is de buiten echt geboren dochter van zijn kennelijk weer ongehuwde werkgever Hudig. Lingard is in alle delen van zijn trilogie vrijgezel en de vriend van Arsat alsmede de vrienden van Karain zijn dat kennelijk ook. Hetzelfde geldt voor Jim en voor Marlow, terwijl ook bij alle andere Europese mannen die in Lord Jims leven in Aziatische havens en in Patusan een rol spelen geen spoor van een huwelijk te bekennen is, al heeft Gentleman Brown een romantische liefdesaffaire gehad. Van Wyk is eveneens vrijgezel en zowel in The End of the Tether als in Because of the Dollars wemelt het zozeer van celibatairen dat de ‘narrator’ in het laatste korte verhaal, sprekend over Davidsons huwelijk, voor de gehele Europese mannenmaatschappij, vooral op de eilanden buiten Java, lijkt te getuigen: ‘Ours, as you remember, was a bachelor crowd; in spirit anyhow, if not absolutely in fact. There might have been a few wives in existence, but if so they were invisible, distant, never alluded to. For what would have been the good? Davidson alone was visibly married ... It fitted him so well that the wildest of us did not resent the fact when it was disclosed.’Ga naar eindnoot28. Hoe vervolgens in Victory nog wildere vrijgezellen geneigd of zelfs in staat zijn om moorden te begaan uit ressentiment tegen mogelijke liefdesverhoudingen is bekend. Heeft Conrad sociologisch goed gezien dat de overgrote meerderheid der Europese mannen in de archipel nog in de tweede helft van de 19de eeuw ongehuwd was en al dan niet in concubinaat leefde,Ga naar eindnoot29. minder overtuigend is hij daar, waar hij ook de meeste met name genoemde Indonesiërs het zonder vrouwen laat stellen. Nu kan men dit nog billijken voor de figuren in The Rescue, dat in hoofdzaak op zee en tussen zeelieden en zeerovers speelt, hoewel nu juist in die roman bij hoge uitzondering van Haji Wasub vermeld wordt dat hij twee huishoudingen heeft.Ga naar eindnoot30. Maar voor Patalolo - weer een Buginese naam! - in An Outcast of the IslandsGa naar eindnoot31. alsmede de Maleise Rajah Allang in Lord Jim en de sultan van Batu Beru wordt het in het duister blijven van echtgenoten onwaarschijnlijk, dubbel onwaarschijnlijk omdat de Chinese reder in Because of the Dollars en Heysts Chinese bediende Wang in Victory wel vrouwen hebben. De broer van Arsat; Karain en Dain Matara; Dain Waris en Pata Hassim zijn ook ongetrouwd en allen op een leef- | |
[pagina 39]
| |
tijd waarop Tamb' Itam, Jims trouwe bediende reeds lang heeft ‘taken wife.’Ga naar eindnoot32. Het enige argument dat hiertegen kan worden aangevoerd is dat de overgrote meerderheid van Conrads Maleiers bij nader toezien uitgezwermde of gevluchte Buginezen en Makassaren blijken te zijn van de Mandarese Dain Maroola en de Buginese usurpator LakambaGa naar eindnoot33. af tot Badroon ‘the Bugis’ en Rajah Tulla - een andere naam voor Hassim - in The Rescue toe,Ga naar eindnoot34. zeelieden, kolonisten en ‘outcasts’ dus, net als hun Europese mede- en tegenspelers, voor wie huwelijk en gezinsvorming bezwaarlijk waren behalve dan voor nakhoda Doramin. De jonge Korzeniowski is deze Buginezen niet alleen tegengekomen in zijn lectuur van Wallace, McNair, de dagboeken van James Brooke en Belcher,Ga naar eindnoot35. maar hij moet hen ook in levende lijve ontmoet hebben op zijn reizen met de Vidar, die hem in Bandjarmasin, op Pulau Laut, in West-Celebes en Noordoost-Borneo brachten. Ethnografische kaarten van Borneo en Celebes wijzen immers uit dat Buginezen en Mandarezen nu juist uitgezwermd zijn naar en zich als immigranten gevestigd hebben op de aan Straat Laut gelegen kust van Borneo, in Donggala op Celebes en in Bulungan en Berau.Ga naar eindnoot36. Een derde, nu niet sociologische maar meer psychologische karakteristiek tenslotte van Conrads interraciale vriendschappen is te vinden in de zinspelingen op uiterlijk of innerlijk van de daarbij betrokken partijen, waarbij erotische ambivalentie gesuggereerd wordt. Zo wordt Dain Maroola met een ‘almost feminine eye’ uitgerust, waarbij Conrad in schromelijke overdrijving zelfs zo ver gaat dit soort ogen het gehele Maleise ras toe te schrijven.Ga naar eindnoot37. Aïssa, Willems' vriendin, beroept en beroemt zich er tegenover Lingard op dat zij als een man gevaren en gevochten heeft, waarop hij erkent dat zij een hart heeft groot genoeg om een mannenborst te vullen, hoewel zij een vrouw blijft.Ga naar eindnoot38. In The Lagoon verwijt Arsats broer hem dat er nog slechts de helft van een man in hem is en dat de andere helft in zijn manmoedige geliefde is gevaren, wat voor Arsat zielshalvering impliceert en Diamelen een bi-sexuele ziel meegeeft. Van de oude koning in het verhaal wordt uitdrukkelijk vermeld dat hij bang is voor een vrouw.Ga naar eindnoot39. Karain heeft grote dromerige ogen, verft zijn haar en moet ‘a great Bugis dandy’ zijn geweest,Ga naar eindnoot40. wat regelrecht herinnert aan een ontmoeting, die James Brooke in Wadjo met een andere Buginese Daeng en dandy heeft gehad.Ga naar eindnoot41. Karain vraagt op een gegeven ogenblik zijn vrienden ook: ‘Am I a woman, to forget long years before an eyelid has had the time to beat twice?’.Ga naar eindnoot42. Van Jim heet het reeds op de tweede tekstpagina van Lord Jim dat hij als water-clerk de ‘unselfish devotion of a woman’ heeft.Ga naar eindnoot43. Een van de oudere mannen aan wiens zorgen Marlow Jim toevertrouwt, Denver, beschrijft hem in een brief in verliefde termen: ‘For one thing, Jim kept his freshness in the climate. Had he been a girl ... one could have said he was blooming ... like a violet ... The dew is yet on him | |
[pagina 40]
| |
... For my part, I declare I am unable to imagine him guilty of anything much worse than robbing an orchard.’Ga naar eindnoot44. En Gentleman Brown gelooft eenvoudig niet dat Jim een man is.Ga naar eindnoot45. Als Jim na van de ene naar de andere oudere ongetrouwde man te zijn gegaan, als achtervolgd door ‘the eye of others,’Ga naar eindnoot46. welhaast ontmand in Patusan komt, lijkt het of hij daar een nieuw leven kan beginnen, ook in die zin dat er een vrouw in zijn leven komt. Er begint zelfs een nieuwe puberteit, want Jewel en hij noemen elkaar ‘boy’ en ‘girl,’Ga naar eindnoot47. maar de puberteit is nu juist de leeftijd waarin de sexuele gerichtheid dikwijls zo onzeker is. Jim noemt Jewel zelfs schertsend ‘the best man of them all’Ga naar eindnoot48. en zij neemt van Jim wat van diens jongensachtige manier van spreken en iets van zijn bewegingen over.Ga naar eindnoot49. Ook verdenkt zij op een gegeven ogenblik Marlow ervan Jim nodig te hebben en dus van haar af te willen trekken.Ga naar eindnoot50. Jim ziet Dain Waris als zijn enige vriend behalve Marlow, waarbij opvalt dat niet alleen Jim ‘captivated’ is door de jonge Buginees maar ook Marlow.Ga naar eindnoot51. Jim heeft in zijn laatste ogenblikken misschien zelfs wel ‘beheld the face of that opportunity’ - tot herstel van eer als mens en als man in Patusan - ‘which, like an Eastern bride, had come veiled to his side.’ Marlow gaat dan in huwelijksterminologie verder: ‘He goes away from a living woman’ - zijn ‘Western bride’ in spe - ‘to celebrate his pitiless wedding with a shadowy ideal of conduct’Ga naar eindnoot52. - dat toch mede door zijn minder schimmige Buginese metgezel zo fier en dapper belichaamd werd. Conrad heeft veel later, in 1917, naar aanleiding van de hem door een vriend overgebrachte kritiek van een dame op Lord Jim: ‘it is all so morbid’ erkend dat ‘the subject itself [was] rather foreign to women's normal sensibilities’ en dat Jim ‘not a type of wide commonness’ was. Als hij vervolgt: ‘But I can safely assure my readers that he is not the product of coldly perverted thinking,’Ga naar eindnoot53. vraagt althans deze lezer zich af of Jim dan misschien toch niet het product is van wat minder koude ‘perverted thinking.’ Het is niet de bedoeling om hiermede aan de vele bestaande interpretaties van Lord Jim iets af te doen. Het is veeleer een poging om door een andere mogelijke uitleg daaraan toe te voegen de poly-interpretabiliteit van het werk nog duidelijker te doen uitkomen en daarmede, naar een bekende theorie van Romein, de blijvende waarde van het boek en de genialiteit van de schrijver nog meer in het licht te stellen. Wie reden vindt om in The End of the Tether zowel in Massy als in Van Wyk ‘homosexual attraction’Ga naar eindnoot54. tot de oude kapitein Whalley te ontdekken, hoewel ik daarvoor geen aanwijzingen kan zien, zal meer reden hebben om de intieme vriendschap tussen de oude sultan en ‘his own white man’ homo-erotisch gekleurd te vinden. De narrator in Because of the Dollars, na te hebben gememoreerd hoe Davidsons Chinese reder een nieuw schip gekocht heeft ‘to comfort poor Davidson,’ kan zich terecht afvragen: ‘Can you fancy anything more naïvely | |
[pagina 41]
| |
touching than this old mandarin spending several thousand pounds to console his white man?’Ga naar eindnoot55. Tenslotte valt in The Rescue op hoe Hassim met zijn gezicht zonder beharing en zijn glimlach ‘wrought as if with a delicate tool’ van ‘a negligent elegance’Ga naar eindnoot56. is. En zijn zuster Immada volgt hem niet alleen op al zijn gevaarlijke avonturen met ‘the fearlessness of a great fighter’ maar zij is ook bovendien ‘dressed practically in man's clothes.’Ga naar eindnoot57. Waar Conrad nu juist met betrekking tot The Rescue erkend heeft dat hij daarvoor veel ontleend heeft aan de dagboeken van James Brooke, gepubliceerd door Mundy,Ga naar eindnoot58. is zelfs wel de plaats aan te wijzen waarop zowel wat vrouwelijk is aan zijn Buginese helden als wat mannelijk is in zijn Wadjose heldinnen kan worden teruggevoerd. Brooke tekent namelijk na zijn bezoek aan Wadjo in 1840 aan: ‘The strangest custom I have observed is, that some men dress like women, and some women like men; not occasionally, but all their lives, devoting themselves to the occupations and pursuits of their adopted sex. In the case of the males, it seems that the parents of a boy, upon perceiving in him certain effeminancies of habit and appearance, are induced thereby to present him to one of the rajahs, by whom he is received. These youths often acquire much influence over their masters ... It would appear, however, from all I could learn, that the practice leads among the Bugis to none of those vices which constitute the opprobrium of Western Asia.’Ga naar eindnoot59. En wat de vrouwen betreft schrijft Brooke over Wadjo, dat vooral in Lord Jim en in The Rescue wordt genoemd, hoe alle staatsbetrekkingen er tot de hoogste toe voor vrouwen open staan, die regeren en paard rijden en zelfs vreemdelingen bezoeken zonder toestemming van haar echtgenoten.Ga naar eindnoot60. Toch zijn het geen Kenaus met haar op de tanden in afschrikwekkend voorbeeld, doch Srikandi's, al dan niet met haar tussen de borsten en aan de benen, die in hoog sociaal aanzien staan en een navolgenswaardig mens-ideaal belichamen voor wie haar aanleg bezitten. Conrad zal zijn kennis in zake de bisexualiteit, zoals die geïnstitutionaliseerd was of naar voren kwam in mores en mythen niet alleen aan lectuur ontleend hebben. Hij kan ook door opmerkingsgave en van horen zeggen - om twee andere van de door Gordan zo voortreffelijk onderscheiden en onderzochte vier bronnen voor Conrads kennis te noemen - het een en ander te weten zijn gekomen van de rol, die de homo duplexGa naar eindnoot61. in sexualibus in de culturen op Borneo en Celebes speelde. Immers juist voor die twee grote Sunda-eilanden, waar hij meer dan eens voet aan land heeft gezet in Bandjarmasin, Bulungan, Berau en Donggala heeft Hermann Baumann aangetoond hoe ‘das doppelte Geschlecht’ er meer dan op andere eilanden in de archipel en op Borneo, met zijn rituele mannenhuwelijken, weer meer dan op Celebes in psychologie en praktijken en in religie en riten tot uiting is gekomen.Ga naar eindnoot62. | |
[pagina 42]
| |
Conrads interraciale vriendschappen verleiden vergaande gevolgtrekkingen te maken. Zo is nu wel duidelijk geworden dat Cliffords nog door Jocelyn Baines overgenomen verwijt als zou Conrad zijn Maleiers psychologisch niet goed getekend hebbenGa naar eindnoot63. enerzijds doel treft omdat die Meleiers inderdaad in overgrote meerderheid geen Maleiers-proper waren, doch anderzijds geen roos raakt omdat zij eigenlijk Buginezen, Mandarezen en Makassaren waren. Nu heeft Clifford dat verwijt geuit toen niemand nog wist hoeveel ‘dull, wise books’ Conrad gelezen had om zijn in Indonesië spelende werken zo echt mogelijk te doen uitvallen.Ga naar eindnoot64. Toch had Clifford (later Sir Hugh Clifford) ook toen reeds, afgaande op namen en titels en op de zo veelvuldig voorkomende term ‘Bugis,’ kortom door meer ‘close reading,’ zelf kunnen weten dat Conrads Maleiers niet de Maleiers van Malaya waren waarmee hij zo vertrouwd was, terwijl hij Buginezen hoogstens in het voorbijgaan ontmoet kan hebben in Singapore of de havens van het schiereiland waar hun scheepvaart en handelsdrift hen brachten. Hoeveel of hoe weinig waarde men aan Cliffords mening moet hechten blijkt bovendien wel duidelijk als men ruim vijftig jaren later Sir Richard Winstedt, de grootste levende wetenschappelijke autoriteit inzake Malaya, nu juist met betrekking tot Cliffords eerste twee werken, die Conrad gelezen heeft, ziet verklaren: ‘These are perhaps his best tales ... though the author is inclined to paint the emotional life of the Malay through his own ardent temperament.’Ga naar eindnoot65. Het wachten is nu op het oordeel van Maleise geleerden betreffende Sir Richards oordeel over Sir Hughs oordeel terzake. Conrad, die in het openbaar jegens Clifford erkend heeft dat ‘If I knew only one hundredth part of what you ... know of Malays I would make everybody sit up,’Ga naar eindnoot66. sprak daarbij een waarheid uit, die echter zeer wel naast die andere waarheid te handhaven is dat hij ook in zijn latere werken rustig doorging zijn Indonesiërs van Zuid-Celebes voor te stellen zoals hij die uit lectuur en van horen zeggen, maar misschien toch ook uit observatie en wellicht zelfs uit persoonlijke ervaring had leren kennen in hun vaarlust en vechtlust, hun handelszin en hun veroveringszucht, hun trots en hun trouw, hun moed en hun heftigheid van naturel. Ieder heeft, existentialistisch gedacht, kennelijk zo zijn eigen Maleiers en men late Conrad dus zijn ... Buginezen. Juist die Buginezen nu hebben hem de gelegenheid gegeven om zijn hier besproken interraciale vriendschappen tussen ‘marginal men’ te omnevelen met een marginaal-erotische sfeer, die sociologisch en psychologisch aannemelijk wordt gemaakt. Hij deed zulks lang voordat hij in Chance Mrs. Fyne duidelijk als een lesbischeGa naar eindnoot67. en in Victory Mr. Jones nog duidelijker als een vrouwenhatende, moordende homosexueel tekende, echter nu in geheel of vrijwel geheel Europese omgeving als om er op te wijzen hoe in het Europa van zijn tijd sociale taboes konden lei- | |
[pagina 43]
| |
den tot excessen - als het drama Verlaine-Rimbaud, en de tragedie Wilde-Douglas en het conflict tussen Conrads vriend Gide en Paul Claudel - die uitbleven in culturen, waarin men de homofilie natuurlijker nam en zelfs voor figuren van die natuur vooraanstaande posities openstelde in het hoofse of godsdienstige leven. Dat Melvilles interraciale vriendschappen in zijn beroemdste boek Moby Dick en in een van zijn beroemde korte verhalen Benito Cereno Conrad tot het thema van zijn ‘mixed friendships’ met gemengde gevoelens geïnspireerd kunnen hebben lijkt evident. Conrad heeft Moby Dick namelijk gelezenGa naar eindnoot68. en daarin wordt de vriendschap tussen de ‘narrator’ Ishmael en zijn letterlijke boezemvriend Queequeq vooral in de bedscènes en zelfs in een huwelijksterminologie beschreven op een manier,Ga naar eindnoot69. waarvoor Conrad toch moet zijn teruggedeinsd als hij al ooit de behoefte heeft gehad zich zo expliciet uit te drukken. In Benito Cereno, de eerste van The Piazza Tales, die Conrad hoogstwaarschijnlijk ook gekend heeft,Ga naar eindnoot70. wordt het thema van de interraciale vriendschappen mede aangeroerd, maar dan op een wijze waarvoor Conrad meer gevoeld moet hebben. Zoals Melville daarin de lof zingt van de negers, mits als ondergeschikten, zo prijst Conrad de Buginezen doch juist - en dit is toch wel een kardinaal verschil - als gelijken. Al blijkt nu de vriendschap tussen Benito Cereno en de neger Babo achteraf schijn, van schijn is geen sprake geweest bij Johnson en Byron, die volgens Melville ‘took to their hearts, almost to the exclusion of the entire white race, their servingmen, the Negroes, Barber and Fletcher.’Ga naar eindnoot71. Als een echo op Melvilles beschouwingen over de psychologische redenen van de amicale relaties tussen blanken en hun negerslaven beluistert men in Lord Jim dan Conrads uitspraak over de vriendschap, op voet van gelijkheid, tussen Dain Waris en Jim: ‘theirs was one of those strange, profound, rare friendships between brown and white, in which the very difference of race seems to draw two human beings closer by some mystic element of sympathy.’Ga naar eindnoot72. Nu heeft Jim veel gemeen met de jonge Korzeniowski, zoals Jocelyn Baines heeft aangetoond. Beiden hebben een jeugdliefde gekend; beiden hebben scheepsrampen achter de rug; beiden zijn op reis naar de oost door een vallend rondhout getroffen; beiden zijn in Semarang geweest; beiden hebben in Singapore ziek gelegen en toen beslist stuurman te worden op schepen gecharterd of bezeten door Arabieren; beiden hebben op die schepen een der voor hun verder leven meest beslissende ervaringen opgedaan; ja beiden moeten een ‘half-crown complete Shakespeare’ hebben bezeten,Ga naar eindnoot73. en beiden hebben zelfs waarschijnlijk bij een zekere De Jongh gastvrijheid genoten.Ga naar eindnoot74. En waar Marlow niet helemaal te scheiden is van Joseph Conrad en die weer niet geheel van Jozef Korzeniowski, zijn Jim en Jozef misschien beide ‘captivated’ geweest door een Dain of Daeng. | |
[pagina 44]
| |
Jocelyn Baines heeft de interessante, voor mij persoonlijk volkomen aannemelijke, psychologische theorie ontwikkeld dat Conrads ‘deepest impulses could find disguised expression through a portrayal of the father-daughter relationship’ als een soort travestie van zijn eigen verhouding als enig zoon tot zijn vader.Ga naar eindnoot75. Baines heeft echter niet een andere mogelijke konsekwentie van zijn eigen treffende vondst willen trekken. Mag ik dan op zijn aanstekelijk voorbeeld een andere ‘jump’ in psychologische diepten wagen door te vragen of de ware Jozef in Korzeniowski niet zo gecharmeerd is geweest door de reële Daeng Marola in Berau dat hij om de ideale Dain Maroola met zoveel liefde te kunnen tekenen als Conrad heeft gedaan, de travestie van Nina Almayer in Sambir ook om die reden best heeft kunnen gebruiken? En zijn dan haar vele half-zusters in de archipel, die enige dochters en ongelukkig in de liefde zijn, als Omars Aïssa; Cornelius' Jewel; Whalleys Ivy;Ga naar eindnoot76. Nielsens Freya van Pulau Tudjuh;Ga naar eindnoot77. Lena in Victory en Edith Travers uit The RescueGa naar eindnoot78. niet even zovele schijngestalten, waarin de literaire medicijnman bepaalde gevoelens subjectief kon oproepen en meteen bezweren door haar objectiverend ‘onder woorden’ te brengen? Djakarta, september 1964 G.J. Resink |
|