Filter. Tijdschrift over Vertalen. Jaargang 25
(2018)– [tijdschrift] Filter. Tijdschrift over Vertalen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 31]
| ||||
Talig geweld uit Mexico
| ||||
[pagina 32]
| ||||
opgebouwd, zowel in het Spaans als in het Nederlands, het ritme stuwt de lezer voort. De vertalers schuwen het gebruik van onvoltooide deelwoorden niet, een stijlkenmerk van Monge, iets waarmee je in het Nederlands meestal moet oppassen. In dit boek dragen de onvoltooide deelwoorden juist bij aan het trage ritme in de tekst en aan de sfeer. De taal is bovendien nauw verbonden met het thema van het boek, waar de vertalers ook op wijzen in hun nawoord. Vorm en inhoud vloeien in elkaar over: ‘Zelfs de taal in het boek is doordrenkt van geweld’ (250). Voorbeelden zijn er genoeg: ‘Met gebalde vuisten en een knoop in zijn maag verpulvert Germán Alcántara Carnero het ene na het andere woord dat hem bij het zien van zijn kleine jongen door het hoofd schiet’ (88), of: ‘verscholen achter het stof dat de lucht in is gejaagd door de woedende wind die opnieuw onstuimig tekeergaat: de warrelwinden die hier zo-even nog dansten wakkeren razend aan en de regen van dorre bladeren verandert in een storm van takken en steentjes’ (190), of: ‘het zonlicht stort zich genadeloos over de wereld uit’ (230), of: ‘een zilverige nacht die een ijzeren fluweelglans over de wereld legt’ (232): wat lieflijk is wordt beklemmend, zacht wordt hard, alles is gedoemd door de duisternis te worden opgeslokt. Uit de citaten in de voorgaande alinea's wordt hopelijk duidelijk wat een indrukwekkende prestatie de vertalers hebben geleverd: ze hebben telkens gekozen voor vertalingen die bij de sinistere sfeer van het boek passen. En niet alleen dat, kijk bijvoorbeeld naar deze zin: ‘in zijn ziel klapwiekt een tiental emoties zoals een vlucht vogels met klappende wieken wegvliegt van de aarde’ (7). In het Spaans stond daar tweemaal het werkwoord ‘aletear’ (fladderen, klapwieken), Alting en Coopmans brengen een kleine nuance aan, geheel passend bij de stijl van het boek. Monge herhaalt weliswaar veel, maar vaker speelt hij met synoniemen, zegt hij iets meerdere malen op een nét andere manier, zoals ook in het citaat in de voorgaande alinea waar ‘woedend’ en ‘razend’ elkaar opvolgenGa naar eindnoot3. Een hoogtepunt is te vinden in het hoofdstuk getiteld ‘El alumbramiento’ - ‘Het levenslicht’ in de vertaling van Alting en Coopmans. Die titel alleen al is een vondst: ‘alumbramiento’ betekent óf de actie van alumbrar, verlichten, óf geboorte. Het slaat hier op de geboorte van de hoofdpersoon, waar het hoofdstuk over gaat, maar Monge speelt tegelijkertijd met de dubbele betekenis van het woordGa naar eindnoot4: [...] en sus yemas brilla ahora tenue y pálido el polvo nacarado del insecto asesinado como brilla este instante en el que estamos en la vida de nuestro hombre, un instante que en lugar de iluminar el largo de una vida alumbra el ancho porque antes que un suceso deslumbrante se trata de un alumbramiento, porque antes que el camino ilumina el ingreso al camino. (62) In dit zinsdeel lezen we achtereenvolgens ‘brillar’ (glimmen, glinsteren), ‘iluminar’ (verlichten), ‘alumbra’ (van alumbrar verlichten), ‘deslumbrante’ (verblindend), ‘alumbramiento’ en ‘ilumina’ (van iluminar). In de vertaling van Alting en Coopmans wordt dit: [...] op haar vingertoppen glinstert het iriserende poeder van het vermorzelde insect net zo zwak en bleek als dit moment in het leven van onze man, een moment dat niet de lengte van een leven verlicht maar de breedte, omdat het geen fel oplichtende gebeurtenis betreft maar pril levenslicht, omdat het niet de hele weg verlicht maar het begin ervan. (68) | ||||
[pagina 33]
| ||||
Zowel de herhalingen (hoewel het er iets minder zijn dan in het Spaans) als de variaties zijn in stand gebleven. En zo zijn er talloze voorbeelden van vergelijkbare kunststukjes. Uit de hiervoor geciteerde zinnen mag bovendien blijken dat klank belangrijk is in De rauwe hemel. Ook op dat vlak hebben de vertalers zich uitstekend van hun taak gekweten. Daarnaast is het taalgebruik ietwat archaïsch, wat in de vertaling terug te vinden is, onder andere in de keuze voor woorden als ‘ledig’, ‘zo-even’, ‘aanschouwen’, en ga zo maar door. Samen met de soms afwijkende zinsbouw en de onvoltooide deelwoorden geven dergelijke keuzes de tekst ook in het Nederlands iets klassieks. Tegelijkertijd wordt hij niet oubollig: de vertalers verstaan de kunst van het doseren. Dan zijn er nog de namen van personages, die wisselen naarmate hun toestand verandert. Zo heet de hoofdpersoon achtereenvolgens 'Germán Alcántara Carnero, ‘Onzeman’, ‘Gringo’, ‘Hijdiezoekt’, ‘Hijdieopklimt’, de rest verklap ik niet. Ook anderen wisselen soms van naam, zijn moeder wordt bijvoorbeeld ‘Diebinnenhoudt’ als ze de geboorte van haar zoon probeert tegen te houden. Met die namen kun je overigens ook weer grapjes uithalen, vond Monge: ‘Diespijtheeft heeft kortom spijt dat hij spijt kreeg’ (246)Ga naar eindnoot5. Er is meer. De bijna vier kantjes met citaten die ik tijdens het lezen neerpende (en ik hield me in), kan ik hier niet kwijt, en een korte tekst als deze doet bij lange na geen recht aan alle aspecten van dit boek en van de vertaling ervan. Wellicht durft u het binnenkort aan om een wandeling te maken ‘over een bodem die al meerdere meters niet meer knerpt omdat hij is gaan krijsen zoals een nagel op een glasplaat krijst’ (126). Monge, Emiliano, De rauwe hemel. Vertaald door Heijo Alting en Brigitte Coopmans. Amsterdam: Wereldbibliotheek, 2016. | ||||
Bronnen
|
|