| |
| |
| |
Edgar de Bruin
De vertaling als soundtrack van een boek
Over een euvel in enkele Tsjechische vertalingen van Nederlandstalige literatuur
Jaarlijks worden zo'n tien Nederlandse en Vlaamse boeken in een Tsjechische vertaling uitgegeven. Een respectabel aantal, veel zelfs, zeker als je het afzet tegen het aantal boeken dat vanuit het Tsjechisch in het Nederlands wordt vertaald: drie à vier per jaar. Voor een groot deel is dit succes te danken aan het uitstekende werk van het Nederlands Letterenfonds (nlf), maar het zijn ook de vertalers die er met hun lobby voor zorgen dat Tsjechische uitgevers blijvend boeken van Nederlandse en Vlaamse auteurs uitgeven. Overigens zijn de boeken zelden commercieel succesvol, slechts in een enkel geval, zoals bij De donkere kamer van Damocles van W.F. Hermans, komt het tot een tweede druk. Het overgrote deel van de vertaalde titels eindigt in de ramsj. De vertalingen beperken zich voorts niet tot literaire romans; er verschijnen ook graphic novels, kinderliteratuur en non-fictie boeken.
De laatste jaren hebben zich in Tsjechië diverse nieuwe, ambitieuze vertalers aangediend die tezamen met de oudgedienden een fors arsenaal vormen waaruit uitgevers kunnen putten. Het is niet raar om te veronderstellen dat met zo veel vertalers voorhanden, die in zekere zin toch elkaars concurrenten zijn, de kwaliteit van de vertalingen goed is. Of in ieder geval beter dan in het verleden, zoals in 2009, toen ik me in het vertalersnummer van Tirade kritisch heb uitgelaten over enkele ronduit slechte Tsjechische vertalingen van Nederlandse romans. In de aanloop naar het geslaagde literaire programma ‘Over liefde en de Lage Landen’ in januari 2015 te Praag - onder auspiciën van het nlf presenteerden negen Nederlandse en Vlaamse auteurs hun werk aan het Tsjechische publiek - kreeg ik twee nieuwe vertalingen onder ogen: Dorst van Esther Gerritsen in de vertaling van Adéla Elbel, een van die nieuwe vertaalsters, en Bonita Avenue van Peter Buwalda in de vertaling van Jana Pellarová, inmiddels een oude rot in het vak.
| |
Dorst
‘Superieur vertaald door de helft van het duo Čokovoko, je zou je zomaar kunnen voorstellen dat ze er een soundtrack van maakt,’ schrijft de Tsjechische schrijver en performer Jaroslav Rudiš in een reactie op de Tsjechische uitgave van Dorst, de eerste grotere literaire vertaling van Adéla Elbel. Elbel is in Tsjechië bekend van een meidenrapduo en als tv-presentatrice van culturele programma's. Ze volgt een doctoraal programma Nederlands aan de Masaryk Universiteit te Brno en heeft in 2013 haar intrede gemaakt als vertaalster met het kinderboek Prins & Prins van Linda de Haan en Stern Nijland: met veel aplomb startte ze een crowdfunding op internet om via dit boekje het thema homoseksualiteit voor de jongste kinderen bespreekbaar te maken.
De term soundtrack die Rudiš gebruikt past bij nader inzien precies bij de manier waarop een aantal Tsjechische literair vertalers te werk gaat: het klinkt niet slecht en het geeft zo ongeveer het verhaal weer. Wie geen Nederlands kent, leest deze vertalingen met plezier. Wie wel de brontaal machtig is, valt in ieder geval over de
| |
| |
Nederlandse uitdrukkingen die in de Tsjechische tekst doorschemeren en over het soms wel erg vergaande ‘vertsjechischen’ van Nederlandse realia. Wie het origineel erbij pakt, blijft zich verbazen.
De uitgave is gesubsidieerd door het nlf en door de Nederlandse ambassade in Praag. Als beginnend vertaalster heeft Adéla Elbel voor dit boek via het Expertisecentrum Literair Vertalen en het nlf een mentor toegewezen gekregen, die ook in het colofon vermeld wordt als revisor van de vertaling. Daarnaast kreeg de vertaling nog de standaardredactie van de uitgever, puur gericht op het Tsjechisch.
| |
Amsterdam of Praag?
De roman Dorst is duidelijk gesitueerd in Amsterdam. Er komen grachten in voor, men loopt over de Overtoom en het Rokin etc. Er wordt raspatat genuttigd met twee frikandellen in een snackbar aan de Kinkerstraat, een broodje kroket en broodje snijworst in de Hollandse Broodjeszaak. In de vertaling waan je je echter af en toe in Praag: in de Kinkerstraat worden net als bij de kraampjes op het Praagse Wenceslasplein ‘aardappelpannenkoekjes en gegrilde worst’ geserveerd, snijworst wordt de Tsjechische ‘turistický salám’, wat bovendien niet klopt met de beschrijving in het boek: ‘zonder kruiden, zonder knoflook, smeerbaar’. Elke Tsjech leert op school dat Amsterdam het Venetië van het noorden is, maar het woord ‘gracht’ wordt consequent in de hele tekst door ‘rivier’ vervangen, bijvoorbeeld: ‘Ze rent langs de grachten, ze rent de Overtoom over...’ wordt ‘Ze rent langs de rivier, steekt de straat de Overtoom over...’. In Amsterdam is opeens geen gracht meer te bekennen.
Dorst blinkt uit door scherpe, levensechte dialogen en het is zeker geen sinecure om die adequaat te vertalen. Met het origineel erbij blijkt dat de vertaalster er wat toon en betekenis van spreektalige replieken aangaat soms flink naast zit. Als Elisabeth, de moeder, een, kostelijk weergegeven, gesprek met haar kapper begint met: ‘Wat ik nou toch heb’, staat er in het Tsjechisch: ‘Ik weet al wat ik heb’ (het gaat om kanker). Als ze zegt: ‘Je kunt er niets van zeggen, hè!’ staat er in de vertaling: ‘Uit die prognoses word je niet wijs’. Op de vraag: ‘Wordt het dunner?’ (het haar) antwoordt de kapper: ‘Kan ik niet zeggen, nee’, maar in het Tsjechisch staat: ‘Dat weet ik niet, nee.’ Andere voorbeelden verderop in de tekst: ‘Ach schatje, jij vindt zoenen al heel wat’ wordt ‘Ach, lieveling, jij vindt zoenen lekker’. In de kroeg: ‘Je zit me te dollen, je zit me te naaien’ wordt ‘Je houdt me voor de gek en het wordt niets’.
| |
Werkwoorden
De vertaalster heeft zichtbaar moeite met de Nederlandse werkwoordstijden, waardoor het meer dan eens fout gaat. Zo zet ze geregeld de onvoltooid verleden tijd om in de voorwaardelijke wijs: ‘Het was mooi dat...’ wordt ‘Het zou mooi zijn als...’; of zelfs in de toekomende tijd: ‘dat ze na drie jaar nog steeds alleen maar Russisch studeerde vanwege die ene zin’ wordt ‘dat Coco ook na drie jaar Russisch zal studeren’. In dit laatste geval wordt een gebeurtenis van een jaar geleden naar de toekomst doorgetrokken, alsof Coco, derdejaars Russisch, over drie jaar vanaf het vertel-moment nog steeds Russisch zal studeren - van die periode rept het boek overigens helemaal niet. In andere gevallen herkent Elbel de voorwaardelijke betekenis van de o.v.t. juist niet: ‘Het is gemakkelijk om smalende dingen over hem te denken als die ogen er niet waren’ wordt, en let ook op de versimpeling: ‘Het is makkelijk hem uit te lachen als die ogen er niet zijn’.
Een specifiek probleem vormt het voor Slavische talen typerende onderscheid tussen het per- | |
| |
fectieve en imperfectieve aspect van werkwoorden. De vertaler moet een goede afweging maken of hij bij de Nederlandse o.v.t. het perfectieve of imperfectieve aspect kiest. Beginnende vertalers zijn zich hiervan soms niet goed bewust en neigen daardoor te vaak naar imperfectief. Elbel slaat echter naar de andere kant door: zelfs in eenduidig imperfectieve situaties kiest ze voor de perfectieve vorm. Bijvoorbeeld in een scène bij de kapper wordt na enkele replieken tussen Elisabeth en de kapper opgemerkt: ‘ze kijken in de spiegel’. In het Tsjechisch staat echter: ‘ze werpen een blik in de spiegel’ (waar kijk je anders in als je met je kapper praat?). Of: ‘Elisabeth keek er naar’ - het gaat om het ongeluk van haar dochter dat voor haar ogen plaatsvindt - is vertaald als: ‘ze bekeek het allemaal even’, waarbij de toevoeging ‘allemaal’ het in het Tsjechisch nog minder logisch maakt.
Soms ontgaat de vertaalster het bredere verband in de tekst. In de eerste hoofdstukken speelt de constructie ‘zich verheugen’ een belangrijke rol, die herhaaldelijk terugkomt. Niet in het Tsjechisch. Daar wordt gevarieerd met vormen als ‘pure vreugde’ en dergelijke. Zelfs daar, waar in het origineel ‘Alweer verheugt ze zich’ staat, lezen we in de vertaling ‘Het vrolijkt haar op’. Elisabeth heeft autistische trekken en let daarom steeds op hoe ze haar zinnen formuleert en of ze wel adequaat reageert. Maar op de eerste pagina is de vertaalster zich hiervan kennelijk nog niet bewust en vertaalt ze ‘het goede antwoord’ als ‘een bevestigend antwoord’.
Tot slot het register. Het Tsjechisch staat erom bekend dat de spreektaal door alle lagen van de bevolking wordt gebruikt en ook in de literaire taal is ingeburgerd. Het is juist vaak een probleem om alle Tsjechische spreektalige nuances in een Nederlandse vertaling te behouden. De vertaalster beheerst de huidige vorm van het Tsjechisch van haar generatie, dertigers, en dat past op zich wel bij dit verhaal - zeker bij de hoofdstukken van de vierentwintigjarige Coco, ook al drukt ze zich in het Tsjechisch minder expliciet uit: ‘neuken’ wordt ‘het doen’ of ‘seks hebben’, terwijl Tsjechische meisjes tegenwoordig geen moeite hebben met dit taalgebruik. Het verhaal wordt afwisselend vanuit het perspectief van Coco en dat van haar moeder verteld, maar in het Tsjechisch is de toon van de verhalende passages vaak formeler dan in het origineel. Een andere vraag is of Hans een stuk beschaafder moet praten dan Coco, want een Tsjechische psychiater kan juist net zo spreektalig praten als een studente, en ook de vader en de stiefmoeder komen er in het Tsjechisch formeler uit dan in het origineel.
De aangehaalde voorbeelden zijn gebaseerd op een vergelijking tussen origineel en vertaling van enkele hoofdstukken uit het begin, het midden en het einde van het boek. Vooral tegen het einde neemt de slordigheid toe, want dan worden er weleens hele regels en zinnen uit het origineel overgeslagen. Wat de frequentie betreft, kom ik, conservatief geschat, uit op minstens één tot twee discutabele punten per pagina.
| |
Bonita Avenue - Hoe zout heb je het ooit gevreten?
Een van de belangrijke vertegenwoordigers van ‘soundtrackmakers’ is de ervaren en veel gevraagde vertaalster Jana Pellarová. Pellarová's vertalingen kenmerkten zich altijd al door het niet herkennen van idiomatische uitdrukkingen, zelfs al staan ze gewoon in het Nederlands-Tsjechisch woordenboek. In haar versie van Bonita Avenue worden we opnieuw op enkele voorvallen hiervan vergast, bijvoorbeeld wanneer we in de Tsjechische vertaling lezen over iemand die wacht tot Clinton over een brug loopt. Inderdaad, het
| |
| |
gaat om geld en over de brug komen; een bezoek is ‘te veel goeds tegelijk’, en ja hoor, in het origineel staat: ‘te veel van het goede’ - maar in de vertaling ontbreekt de ironie; ‘in het wilde weg’ wordt vertaald als ‘in een aanval van woede’; ‘een torenhoge kerstboom’ wordt ‘een kerstboom zo hoog als een kerktoren’ - geen vaste uitdrukking in het Tsjechisch. Ook hier treffen we het merkwaardige ‘hij verbood me met veel woorden’ aan als vertaling van ‘hij verbood me met zoveel woorden’. Maar zelfs als een uitdrukking wel als zodanig wordt opgemerkt, gaat de vertaling geregeld de mist in: ‘hoe zout heb je het ooit gevreten’ wordt dan ‘hoe hard ben je door je leven gepakt’ (want in dit Tsjechische idioom komt het woord zout voor).
Een willekeurige greep uit de vertaling levert een keur aan slordigheden op, met een stijgende lijn naar het einde toe, naarmate de aandacht van de vertaalster en de redactrice kennelijk verslapte: ‘vuurwerkramp’ vertaald als ‘ontploffing van een vuurwerkfabriek’ in plaats van ‘vuurwerkopslagplaats’; ‘zeulen naar de wand’ als ‘smeten tegen de wand’; ‘lichtgekromde drolletjes’ als ‘lichtgerimpelde drolletjes’; ‘wat had ik met mezelf te doen gehad’ als ‘in Californië hield ik me in principe alleen maar met mezelf bezig’; of de naam van voetballer Rijkaard, nota bene in een rijtje met Gullit en Van Basten, wordt niet als zodanig herkend en vertaald als ‘patser’. Beeldspraak, zo typisch voor Buwalda, is voor de vertaalster vaak een brug te ver: ‘waar Aaron op zat te wachten was een verdovend pijltje’ wordt ‘momenteel was Aaron helemaal tuk op kalmeringsmiddelen’. Tot de vaste prik behoren ook verkeerd gelezen woorden: ‘zwaar’ als ‘zwart’, ‘louche’ als ‘lounge’, ‘verstoord’ als ‘verstrooid’, ‘tas’ als ‘zak’, ‘cartoon’ als ‘karton’, ‘ingepakte borst’ als ‘ingezakte borst’, ‘rechts’ als ‘recht’, ‘vijftig’ als ‘zestig’, ‘veertien’ als ‘veertig’, ‘stoelpoten’ als ‘tafelpoten’ (want ‘stůl’ is ‘tafel’ in het Tsjechisch).
In de vertaling worden verder al te vaak woorden en woordgroepen weggelaten, of zijn er juist onnodige toevoegingen. Bovendien zijn soms hele zinnen, en minstens één keer een hele alinea uit het origineel in de vertaling verdwenen. Ook worden langere zinnen bijna steevast opgeknipt in kortere zinnen, terwijl in het nawoord lange zinnen als een van de kenmerken van Buwalda's stijl worden genoemd. Ook in dit geval heeft de redactie door een neerlandica, die zelf een ervaren vertaalster is, al deze fouten niet kunnen voorkomen, want op elke pagina treffen we er wel één of meer aan.
| |
Besluit
Beide vertalingen kunnen gezien worden als voorbeeld van het ongewenste soundtrackvertalen in een Tsjechische context. Het gebeurt de laatste jaren steeds vaker dat een Tsjechische uitgever uit onwetendheid voor een beginnende of matige vertaler kiest, waardoor het nlf gedwongen is om een - mede door het nlf gefinancierd - mentoraat als voorwaarde te stellen voor het verstrekken van een vertaalsubsidie. De kosten van de vertaling worden daardoor hoger, terwijl het resultaat achterblijft: een slechte vertaling wordt op deze manier nooit echt goed en - zoals uit het voorgaande blijkt - een op zich getalenteerde vertaler krijgt niet altijd een goede begeleiding. Maar ook bij ervaren vertalers leidt het proces niet altijd tot een bevredigend resultaat.
Toen ik zes jaar geleden in Tirade en in een Tsjechische tekst op www.iliteratura.cz op deze problemen had gewezen, heeft dat geresulteerd in een strengere blik van het nlf op het werk van vertalers die op dat moment zonder meer gesubsidieerd werden, omdat hun vertalingen eerder goed bevonden waren. De ontwikkeling van de
| |
| |
laatste paar jaar, met een stijging van het aantal Tsjechische vertalingen dat een mentoraat vereist en krijgt, heeft me ertoe gebracht om dit thema wederom aan te snijden. Nu gaat het om de nieuwe generatie vertalers. Vertalen met de Franse slag dreigt nu doorgegeven te worden. Dat is niet goed voor de Nederlandstalige literatuur in Tsjechië, maar het is ook in strijd met de lange en rijke traditie van hoogwaardig literair vertalen in het Tsjechisch.
| |
Bibliografie
Peter Buwalda, Bonita Avenue. Vertaald door Jana Pellarová; redactie en nawoord Veronika Ter Hamsel-Havlíková. Praag: Odeon, 2014. |
Esther Gerritsen, Žízeň. Vertaald door Adéla Elbel; revisie Veronika Ter Hamsel-Havliková. Praag: Argo, 2015. |
|
|