En geloofden dat ze het wisten
Zonder orgasme niet zwanger kon worden.
In gewoon Nederlands zou dat toch iets moeten zijn met als strekking dat ‘lang geleden mensen die het meenden te weten zeiden dat zonder orgasme een vrouw niet zwanger kan worden’. Maar ik geef toe: ook dat is nog lang geen poëzie.
Dit alles is des te treuriger omdat er nogal wat potentieel talent bij elkaar is gebracht om deze uitgave mogelijk te maken (naast de ruimhartige bijdrage van het Morat Institute). De foto's van Andrew Smiley, die als eerste opvallen, zijn zonder meer subliem. Opnamen, meestal bij avondlicht, van enorme zwermen spreeuwen die in de meest lenige en exuberante vormen door de lucht bewegen. Je gaat bijna denken dat er enige schilderkunst of althans photoshopingrepen aan te pas zijn gekomen om deze opnamen zo indrukwekkend en pittoresk te krijgen. Ook vertaalster Maria Droogleever Fortuyn moet, als dochter van niemand minder dan Vasalis (wier eigen naam Margaretha Droogleever Fortuyn-Leenmans luidde) de nodige dichterlijke ontvankelijkheid bezitten. En ten slotte de auteur zelf, Julia Blackburn. Zij maakte naam als veelzijdig auteur van non-fictieboeken, waarin reizen, (auto)biografie en historisch onderzoek steeds voor verrassende resultaten zorgen. Na een boek over de negentiende-eeuwse natuurvorser en reiziger Charles Waterton en eentje over de Iers-Australische woestijnreizigster Daisy Bates (1859-1951) schreef ze een kostelijk boek over de laatste jaren van Napoleon op Sint-Helena (The Emperor's Island, 2000). Nadien volgden twee historische romans (The Book of Colour in 1995 en The Leper's Companions in 1999) plus ingenieuze boeken over Goya en over Billie Holiday. Diverse van deze titels werden genomineerd voor literaire prijzen en ze verschenen in diverse talen, ook in het Nederlands.
Maar gaandeweg maakte Julia Blackburns biografische gegraaf in de levens van anderen steeds meer plaats voor gegraaf in haar eigen levensverhaal. En misschien als gevolg daarvan werden haar boeken nog fragmentarischer en zoekender dan de gedurfde constructie die haar vroegere werk vaak toch al bezat. Eerst was er een klein boekje over de huisdieren uit haar leven (met een knipoog naar Lawrence Durrell My Animals and Other Family geheten, 2007), vervolgens kwam het boek over haar chaotische en instabiele jeugd (The Three of Us, 2008), als dochter van een aan barbituraten en alcohol verslaafde dichter en een nymfomane kunstenares. En recentelijk verscheen het eveneens autobiografische Thin Paths, Journeys In and Around an Italian Mountain Village (2011) Ook die beide boeken verschenen in Nederlandse vertaling bij De Bezige Bij.
Het laatste boek, hoewel het in de categorie biografie de shortlist haalde van de populaire Costa Book Awards, maakt met zijn patchworkachtige opzet van brieven, foto's, dagboekaantekeningen, facsimile-afbeeldingen en anekdotes meer de indruk van een boek dat je voor jezelf bijeenbrengt dan een boek dat met de discipline van een auteurschap als één geheel voor een lezerspubliek is gemaakt. Van een auteur die zich met veel empathie en uitstekende research verdiepte in de geschiedenis van Charles Waterton of Napoleon is Julia Blackburn twintig jaar later eerder iemand geworden die opschrijft wat ze over zichzelf te vertellen heeft, over haar bizarre en problematische jeugd en haar Italiaanse dorp. Het is de vraag of deze latere boeken, buiten haar persoonlijke lotgevallen, nog wel voldoende eigen literair bestaansrecht hebben.