Excelsior. Jaargang 1(1913-1914)– [tijdschrift] Excelsior (1913-1914)– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 113] [p. 113] [Nummer 8] Brugge. O met de ziel der schoone stad vertrouwd zijn, waar straten eenzaam zijn, de pleinen dood. Geboogde bruggen over gracht gebouwd zijn, - en loome waatren rimpelt zwanevloot. De stad waarboven torens grijs en oud zijn. Gerekte klokgeroep naar kerken noodt, zwaarzuilge kerken waar de dag tot goudschijn sombert dóór koorraam geel en duisterrood. Mij heugt een morgen en teer-vreemd bekoren van bleek kanaal. Langs bruine muren hing glycine en veil in groene slingering. Ver achter daken rees in mist verloren de halletoren. Yl aan 't zingen ging een rinkellied van uren zoet te hooren. P. Hilarion Thans O.F.M. Vorige Volgende