Voorbericht aan den leezer.
De redenen, welken my tot het uitgeeven deezer saamenspraaken aangespoord hebben, strekken niet om eenen algemeenen volkshaat tegen de Engelschen inteboezemen: neen, maar om in een klein bestek, hun gedrag tegen ons en andere Natiën altoos gehouden, voor oogen te stellen. Om dit einde te bereiken, bieden wy u dezelven aan; gy zult 'er niets, dan het geen met de waarheid overeenkomt, in ontdekken.
De Engelschen, die alle volken, behalven hunne Landgenooten, haaten en verachten, zyn gewoon de Nederlanders, in hunne Publieke Schriften en dagelykschen omgang, laag, gevoelloos, geestloos, onbeschoft, gierig, laf en wreed te noemen; wy hebben hun (indien men